Het Verzetsmuseum Amsterdam heeft onlangs de kampjas van de beroemde verzetsman Pim Boellaard gekregen. Ook kreeg het museum het deksel van een kist waarin Boellaard in concentratiekamp Dachau zijn persoonlijke bezittingen bewaarde. Op de achterzijde van het deksel tekende Boellaard een schaakbord.
Boellaard zat vervolgens drie jaar gevangen in achtereenvolgens Haaren, Amersfoort, Natzweiler en in Dachau. Volgens het Verzetsmuseum was hij een steun en toeverlaat voor zijn medegevangenen en zag hij het als zijn taak de politieke verdeeldheid onder de Nederlandse gevangenen te overbruggen. Ook na de oorlog bleef hij zich hiervoor inzetten. Boellaard stierf in 2001. Zijn kampcollectie is nu aan het Verzetsmuseum geschonken door zijn zoon Willem Boellaard. Directeur Liesbeth van der Horst over de schenking:
“Dit is een bijzondere aanwinst. Boellaard was een prominent verzetsman. Hij werd extra bekend door een filmfragment uit mei 1945, waarin hij door de Amerikaanse bevrijders van kamp Dachau wordt geïnterviewd, en door de biografie over hem van Jolande Withuis die in 2009 werd bekroond met de Grote Geschiedenisprijs. Op het deksel staat ‘BL.ä’ en Boellaards kampnummer 100649. BL.ä betekent Blockälteste, dat wil zeggen: de gevangene die verantwoordelijk is voor de gang van zaken in zijn barak. Vanwege die functie mocht hij een kistje hebben voor persoonlijke bezittingen. Op zijn kampjas staat uiteraard ook zijn kampnummer en de rode driehoek, het kenmerk voor politieke gevangenen in de concentratiekampen.”
Boek: Weest manlijk, zijt sterk – Pim Boellaard (1903-2001) het leven van een verzetsheld
