De Romeinse keizer Marcus Aurelius (121-180) geldt als een van de bekendere keizers uit de geschiedenis van het Romeinse Rijk. Wie was deze man? Hoe zag zijn bestuur eruit? En wat heeft Marcus Aurelius, die tussen 161 en 180 Romeins keizer was, op korte en langere termijn betekend voor de geschiedenis van het Romeinse Rijk?
Onder de Romeinse keizers die vanaf 27 v.Chr. leiding gaven aan het Romeinse Rijk, geldt Marcus Aurelius als de keizer over wie qua persoonlijke informatie het meeste bekend is. Dit komt vooral door zijn bewaard gebleven egodocument Overpeinzingen (ca.175), waarin hij zijn standpunten over leven en dood en zijn persoonlijke gevoelens en twijfel openhartig opschreef.
In de historische beeldvorming staat Marcus Aurelius boek als een ‘modelkeizer’, ‘de laatste goede keizer’ en – vanwege zijn interesse in filosofie – als ‘de filosofenkeizer’. Volgens diverse historici trad vanaf 180, toen Aurelius’ zoon Commodus keizer werd, het verval van het Romeinse Rijk in. Maar wie was Marcus Aurelius, als keizer en als persoon?
Geboorte en jeugd van Marcus Aurelius
Marcus Aurelius werd geboren op 26 april 121 na Chr. in Rome, onder de naam Marcus Annius Verus. Hij was afkomstig uit een welgestelde aristocratische familie uit de Spaanse provincie Baetica. Hij was een zoon van Annius Verus en Domitia Lucilla. Omdat Marcus’ vader overleed toen Marcus ongeveer negen jaar was, nam diens grootvader – Marcus Annius Verus II – de opvoeding van de jongen voor zijn rekening.
Over de jonge jaren van Marcus Aurelius is verder niet veel bekend. We weten dat de toenmalige keizer Hadrianus in contact met hem kwam en onder de indruk van de jongen was. De vader van Marcus was verre familie van deze keizer. Verder is bekend dat Marcus Aurelius rond zijn twaalfde jaar sterk geïnteresseerd raakte in de filosofie.
Toen Hadrianus in 138 op zijn sterfbed lag was, wees hij op 25 februari 138 de eveneens kinderloze senator Antoninus Pius als zijn toekomstige opvolger aan. Hadrianus stelde als voorwaarde dat Antoninus twee mannen moest adopteren: Marcus Aurelius en Lucius Verus. Deze mannen zouden later een tijd gedeeld keizer zijn. In 139 kreeg Aurelius de titel Caesar. Hij was toen net achttien jaar jong. Het jaar erop kreeg hij het ambt van consul. Om hem voor te bereiden op zijn latere taken besloot Antoninus het onderwijs van Marcus Aurelius uit te breiden. De succesvolle advocaat en redenaar Marcus Cornelius Fronto werd aangesteld als Aurelius’ nieuwe privéleraar. Deze bracht hem onder meer op het pad van de retorica. De correspondentie tussen Marcus Aurelius en de twintig jaar oudere Fronto is bewaard gebleven en wordt beschouwd als een belangrijke historische bron. De persoonlijke brieven geven niet alleen een beeld van de (goede) relatie tussen Fronto en Aurelius en de tijd waarin zij leefden, maar geven bijvoorbeeld ook inzicht in de antieke retorica.
In 136 was de toen vijftienjarige Marcus op instigatie van Hadrianus verloofd. Deze verloving werd in 139 verbroken, waarna Marcus zich verloofde met Annia Galeria Faustina, alias Faustina de Jongere, dochter van Marcus’ adoptiefvader Antoninus Pius. Marcus en Faustina trouwden officieel in 145. Samen kregen ze dertien kinderen, onder wie Lucilla (in 149) en Commodus (in 161). Zes kinderen overleden op jonge leeftijd. Omdat Faustina haar man tijdens diens militaire campagnes vaak vergezelde, verwierf ze de bijnaam mater castrorum (Moeder der legerkampen).
Hoofdpunten uit de regeerperiode van keizer Marcus Aurelius
Marcus’ schoonvader Antoninus Pius overleed op 7 maart 161. Op dat moment nam Marcus Aurelius de titel Augustus aan en nam hij het keizerschap op zich. In navolging van de eerdere keizer Hadrianus besloot hij, tegen de wens van de Senaat in, om het keizerschap te delen met Lucius Verus.
Kort na het aantreden van beide keizers vielen vijanden het Romeinse Rijk binnen. Marcus Aurelius en Lucius Verus kregen te kampen met drie grote conflicten. In de eerste plaats brak de zogenoemde Romeins-Parthische Oorlog (161-166) uit in het vroegere Perzië. De Parthische koning Vologases IV viel Syrië en Armenië binnen. Hierop trok Lucius Verus met zijn troepen richting die gebieden, sloeg de opstand neer, maar zijn troepen namen op de terugreis ook een pestepidemie, de Antonijnse Plaag, met zich mee. Deze plaag, die vermoedelijk een pokkenvirus was, woedde van 165 tot 170 in het Romeinse Rijk en kostte aan vermoedelijk zo’n 25 tot 30 procent van de bevolking het leven.
Naast deze Parthische inval trokken Germaanse stammen, de Marcomannen en de Quadi, in 168 de Alpen over richting Italië. Dit tweede conflict waar Marcus Aurelius het druk mee had, staat bekend als de Macromannenoorlog, die ruwweg tot 180 duurde. Lucius Verus slaagde erin om deze invallers terug te dringen, maar overleed in 169 op de terugreis naar Rome aan een beroerte. In 170 begon Marcus Aurelius met zijn zoon Commodus een offensief tegen de Quadi, dat hij won. Volgens de overlevering deden zich tijdens het tweede offensief tegen de Quadi, in 173, twee wonderen voor, namelijk het ‘bliksemwonder’ en ‘regenwonder’. Tot twee keer toe redde het onstuimige weer de Romeinse troepen uit benarde situaties.
In 174 startte Marcus Aurelius een derde oorlog, namelijk tegen de Sarmaten. Hij wilde hun gebieden annexeren. In het voorjaar van 175 werd de keizer erg ziek, waarop het gerucht de ronde deed dat hij overleden was. Daarop riepen Romeinse legioenen in Syrië in april 175 hun gouverneur, Assisius Cassius, tot keizer uit. De inmiddels genezen Marcus Aurelius trok direct naar Azië, waar hij de opstand wist neer te slaan. Vervolgens ging hij terug naar Rome. Tijdens de terugreis overleed zijn vrouw Faustina.
In de zomer van 176 verbleef Marcus Aurelius in Athene. Daar bezocht hij onder meer een Griekse mysterieschool. Per schip keerde hij terug naar Italië, waarbij een schipbreuk hem bijna het leven kostte. Samen met zijn zoon Commodus hield hij op 23 december 176 een triomftocht door Rome. In 177 liet Marcus Aurelius een invasie van Afrikaanse volksstammen de kop indeukken en stuurde hij troepen af op roversbenden die Macedonië, Thracië en Griekenland onveilig maakten. In datzelfde jaar verhief de keizer zijn zoon Commodus tot ‘augustus’ (verhevene) en ging samen met hem regeren.
‘De overpeinzingen’ van Marcus Aurelius
Omstreeks het jaar 175 publiceerde Aurelius zijn egodocument Aan zichzelf (in het Grieks Τὰ εἰς ἑαυτόν, ook wel Meditaties of Overpeinzingen genoemd). Dit boek bestaat uit een losse reeks filosofische gedachten en praktische levensadviezen, die gebaseerd zijn op de stoïcijnse filosofie uit de tijd van het hellenisme. Kern van deze filosofie is om als mens zo weinig mogelijk emoties te ervaren – ‘stoïcijns’ betekent in onze taal nog steeds ‘onbewogen’ – en tegenslagen in het leven te accepteren. Ook bestond er binnen het stoïcisme aandacht voor soberheid, zelfdiscipline en een niet-materialistische levensstijl. Dat betekende dat stoïcijnen, onder wie Marcus Aurelius, oog hadden voor de behoeften van de zwakkere (mede)mens, zoals armen, gevangen en slaven. Deugd en redelijkheid vormen twee kernwoorden die het stoïcisme als filosofie typeren. Net als Seneca ging Marcus Aurelius uit van de redelijkheid, die de mens van een godheid had gekregen, en leven in harmonie met de eigen en universele natuur. In deze zin leek het stoïcisme op de oosterse filosofie van het taoïsme.
De aantekeningen van Marcus Aurelius zijn geschreven in het Grieks. Het intieme werk, waarin ook open wordt geschreven over angsten, twijfels en onzekerheden, heeft zeker bijgedragen aan het positieve imago van Marcus Aurelius, die de geschiedenisboeken is ingegaan als “de filosoof op de keizertroon”. In de loop der eeuwen hebben velen zich door het werk laten inspireren. Sinds de Renaissance is het werk in alle Europese talen vertaald. Enige tijd geleden liet de Amerikaanse oud-president Bill Clinton bijvoorbeeld nog weten dat Aurelius’ overpeinzingen hem in zijn regeerperiode tot steun waren.
Laatste levensdagen en overlijden
Marcus Aurelius overleed op 17 maart 180, nadat hij een ernstige infectie opgelopen had, in Vindobona (het huidige Wenen) of in Sirmium (de tegenwoordige stad Sremska Mitrovica in Servië). De laatste vijf dagen van zijn leven besloot hij om niet meer te eten en drinken. Vervolgens nodigde hij enkele vrienden uit, en zijn zoon, om afscheid van te nemen. Er deden geruchten de ronde dat hij door zijn artsen of door zijn zoon Commodus zou zijn vermoord.
Direct na de dood van Marcus Aurelius besloot de Senaat om hem te vergoddelijken.
Naast zijn betekenis als ‘filosofenkeizer’ onderscheidde Marcus Aurelius zich gedurende zijn leven als oprichter van tal van scholen, weeshuizen en ziekenhuizen binnen het Romeinse Rijk. Onder zijn regeerperiode was er sprake van christenvervolging. Historici verschillen van mening over hoe heftig deze vervolging was. Marcus Aurelius had een hekel aan christenen, maar vervolgde hen volgens onderzoekers niet stelselmatig.
Met name door zijn ‘Overpeinzingen’ wordt Aurelius tegenwoordig beschouwd als een zeer goede keizer. Er zijn echter ook historici die menen dat Aurelius een relatief normale keizer was wiens regeerperiode vooral gekenmerkt wordt door de prestaties die hij aan het front leverde. Zijn regelgeving was niet exceptioneel en hoewel de keizer erkende dat slaven ook mensen waren, deed hij weinig om hun positie te verbeteren.
Zuil van Hadrianus
Keizer Commodus liet ter ere van zijn overleden vader een triomfzuil oprichten op het Marsveld in Rome. Deze zuil staat nog altijd op zijn oorspronkelijke plaats, op het huidige Piazza Colonna. Op de circa dertig meter hoge herdenkingszuil, rond het jaar 193 voltooid, worden de oorlogen herdacht die Marcus Aurelius voerde tegen onder meer de Marcomannen, Quaden en Sarmaten. Op de zuil stond oorspronkelijk een beeld van Marcus Aurelius. In de renaissance is dit beeld vervangen door een beeld van de apostel Paulus.
Boek: Marcus Aurelius. De keizer-filosoof – Anton van Hooff
Enkele citaten van Marcus Aurelius
“Alles wat we horen is een mening, geen feit. Alles wat we zien is een perspectief, niet de waarheid.”
“Wie zich druk maakt over roem bij het nageslacht, realiseert zich niet dat allen die de herinnering aan hem bewaren, zelf ook binnenkort zullen sterven en na hen de volgende generatie net zo, totdat de herinnering, die doorgegeven wordt in een reeks van levens die even opvlammen en dan weer gedoofd worden, helemaal is verdwenen.”
“Laat je nooit door de toekomst intimideren. De wapens van de rede waarmee je je nu verweert zullen je dan, als het moet, ook van dienst zijn.”
“Levenskunst ligt dichter bij de krijgskunde dan bij de danskunst.”
“Zoals een molensteen alle soorten graan kan vermalen, zo moet een sterke ziel in staat zijn alle gebeurtenissen te accepteren.”
“Het geluk in je leven hangt af van de kwaliteit van je gedachten.”
“Waarom huilen jullie om mij in plaats van je druk te maken over de pestepidemie, die talloze slachtoffers maakt?” – Uitspraak kort voor zijn overlijden tegen zijn aanwezige vrienden.
“Keert u naar de rijzende zon, mijn zon gaat ten onder.” – volgens de overlevering waren dit Marcus Aurelius’ laatste woorden
Bronnen ▼
Boeken en artikelen
-Fik Meijer, Keizers sterven niet in bed. Van Caesar tot Romulus Augustulus, 44 v. Chr – 476 na Chr. (Amsterdam: Rainbow, 2001) p.82-86.
-Philip Stokes, 100 essentiële denkers (2002) p.39.
-Marcel J. Fens, Alle 157 Romeinse keizers (AristoScorpio, 2010) p.126-130.
–Nederlandse vertaling van het boek Overpeinzingen van Marcus Aurelius (2006, pdf).
Internet
-https://www.britannica.com/biography/Marcus-Aurelius-Roman-emperor
-https://www.nrc.nl/nieuws/2009/11/27/de-nobelste-van-de-romeinen-11817650-a1054838
-https://mainzerbeobachter.com/2012/09/23/marcus-aurelius-aan-de-donau/#more-6645
-https://www.britannica.com/biography/Annia-Galeria-Faustina
-https://denieuwestoa.nl/marcus-aurelius/
-https://citaten.net/zoeken/citaten_van-marcus_aurelius.html