Volgende week zaterdag wordt de markering op de voormalige locatie van het Joodse werkkamp De Wittebrink onthuld in het Gelderse Hummelo. De markering is een initiatief van Fred Wolsink van het Historische Canon Zelhem en Karl Lusink blijft in samenwerking met het Herinneringscentrum Kamp Westerbork.
De markering staat tegenover de voormalige locatie van het werkkamp De Wittebrink. Hij wordt onthuld door Arno Spekschoor, wethouder van de gemeente Bronckhorst.
Voorportaal
Duizenden Joodse mannen zijn in de periode januari – oktober 1942 als dwangarbeider tewerkgesteld in werkkampen, gelegen in voornamelijk Noord- en Oost-Nederland. Deze werkkampen vormden het voorportaal van kamp Westerbork.
Tussen 3 en 5 oktober 1942 werden de Joodse dwangarbeiders met hun familieleden doorgestuurd naar kamp Westerbork. De meesten van hen werden vermoord in de kampen in Oost-Europa. Eén van de werkkampen waar de Joodse dwangarbeiders te werk gesteld werden was De Wittebrink bij Hummelo.
Begin augustus 1942 kwamen Joodse dwangarbeiders in De Wittebrink aan. Zij sliepen op stapelbedden in de woonbarakken. Deze barakken hadden binnen een wasruimte en buiten een primitief toilet. De leefomstandigheden waren volgens omstanders naar omstandigheden goed, mede door de hulpverlening van huisarts Westerbeek van Eerten en kampbeheerder Burggraaf. Hoewel het verboden was pakketjes te ontvangen, werden er talloze toegezonden. Op 3 oktober 1942 moesten de joodse dwangarbeiders onder bewaking te voet naar Laag-Keppel. Van daaruit werden ze overgebracht naar kamp Westerbork.
Boek: Jodenkampen