Kamp Westerbork was een doorgangskamp tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vanuit het kamp werden 107.000 in Nederland wonende Joden, 245 Sinti en Roma en enkele tientallen verzetsmensen gedeporteerd naar kampen in Duitsland, Polen en Tsjechië. Het merendeel van hen overleefde de oorlog niet. Na de Tweede Wereldoorlog werd Kamp Westerbork een opvangkamp voor gerepatrieerden uit voormalig Nederlands-Indië. Hoofdartikel:Kamp Westerbork – Nederlands concentratiekampBoek:Als ik morgen niet op transport ga - Westerbork in beleving en herinnering
Tijdens onderzoek naar de zogeheten Westerborkfilm, een documentaire die tijdens de oorlog werd gemaakt en zeldzame beelden bevat van deportaties naar de vernietigingskampen, is een tot nu toe onbekend fragment ontdekt.
Het groene huis met een glazen kap over zich heen op het voormalige kamp Westerbork is niet te missen. De woning van kampcommandant Albert Konrad Gemmeker (1904-1982) is sinds 2010 in het bezit van Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Het is een van de weinig fysieke overblijfselen van het kamp. Als je het voormalig kampterrein bezoekt, zie je regelmatig bezoekers dicht tegen
Joodse verzetsstrijders in kamp Westerbork hielpen meer dan honderd medegevangenen ontsnappen. In het kamp waren tijdens de oorlog tenminste twee georganiseerde verzetsgroepen actief: de communistisch georiënteerde Groep Van Dien en de meer zionistische Westerweelgroep. Dat blijkt uit nieuw onderzoek voor de website bevrijdingsportretten.nl.
Het boek "De 102.000 Namen" telt meer dan 2.100 pagina’s. Deze bladzijden zijn gevuld met de namen van alle uit Nederland weggevoerde en vermoorde Joden, Sinti en Roma.
Op het voormalig kampterrein van Westerbork wordt op 19 mei ieder jaar herdacht dat op die dag in 1944 er 245 Sinti en Roma naar vernietigingskamp Auschwitz werden getransporteerd.
Toen de SS in juli 1942 kamp Westerbork overnam, was het niet nodig om de bestaande kamporganisatie van het in 1939 gebouwde vluchtelingenkamp te veranderen.