De Mexicaanse archeoloog en jurist Alfonso Caso verwierf begin jaren dertig van de vorige eeuw wereldwijd bekendheid toen hij tijdens opgravingen in de precolumbiaanse site van Monte Albán op een intacte graftombe met tal van grafgiften, gouden sieraden en gebruiksvoorwerpen stuitte.
Hoe het allemaal begon
De daaropvolgende jaren ging hij bij het “Museo Nacional de Antropologia” in de leer bij Eduard Seler (1849-1922) en Manuel Gamio (1883-1960) die beiden golden als een autoriteit op gebied van antropologie en archeologie. Caso was al ruim negenentwintig toen hij aan de “Escuela Nacional de Altos Estudios” met grote onderscheiding zijn masterdiploma archeologie behaalde waarna hij zich volop wijdde aan de studie van de precolumbiaanse beschavingen. Algauw ontpopte hij zich tot een autoriteit ter zake. Zo was hij de eerste die stelde dat de Olmeken, die naar schatting tussen 1500 en 400 v.Chr. in het zuiden van Mexico leefden, het vroegste Meso-Amerikaanse volk was en daardoor beschouwd moest worden als de “moederbeschaving” van latere precolombiaanse culturen zoals de Zapoteken, de Maya’s en de Azteken. Die theorie werd destijds niet door alle wetenschappers erkend, maar wordt de dag van vandaag algemeen aanvaard. Daarnaast bouwde hij zich een stevige reputatie op als schrijver. Tot zijn bekendste publicaties behoren “Las Aztecas, El pueblo del sol” (De Azteken, het volk van de zon) en “Las obras maestras archeologicas de Mexico” (De archeologische meesterwerken van Mexico). Caso die op 30 november 1970 in zijn woonst in Mexico-Stad kwam te overlijden zal echter altijd herinnerd worden voor zijn opgravingen in Monte Albán en zijn spectaculaire vondst van een stenen graftombe vol waardevolle grafgiften, juwelen en artefacten.
De archeologische site van Monte Albán
~ Rudi Schrever
[email protected]