Sophie Taeuber Arp, de baanbreekster van moderne kunst, schilderde, tekende… en danste als een vrije vogel. Op een magische plek, Monte Verità aan het meer van Locarno, in zuidelijk Zwitserland. Daar woonde, werkte, musiceerde, danste, schilderde, filosofeerde… in het begin van de twintigste eeuw een excentrieke bende artistiekelingen. Monte Verità, eens een anarchistische commune, is nu een ‘Swiss Historic Hotel’, met nog altijd aandacht voor cultuur en ‘gezond leven’.
Het icosahedron, een buizensculptuur van een twintigtal driehoekige lege vlakken, staat er nog altijd. Op de ‘Laban’s trainingplek’ in het natuurpark van Monte Verità. Rudolf (von) Laban bedacht het volume omdat hij meende dat alle dansbewegingen binnen deze ‘afgebakende’ ruimte spelen. Iedere bezoeker kan het – zomaar – testen en zo Laban’s theorie van dans als vrije expressie en geen militaire dril zoals ballet, demonstreren. In de zomermaanden 1913 en 1914 bracht de Hongaarse choreograaf-danser, met een dansschool in Zürich, op de heuvel nabij het Zuid-Zwitserse veel tijd door. Daar schreef hij ook zijn werk De Wereld van Dansers en organiseerde het ‘Zonne’-festival in 1917, waarop Sophie Taeuber, Suzanne Perrottet en Mary Wigman dansten. Dansen als vrije vogels, zoals het in de ‘commune’ van Monte Verità paste. Een holistische benadering van lichaam en geest.
“Een sanatorium met licht, lucht en rust.”
Dat zocht Henri Oedenkoven, zoon van een welgestelde Antwerpse industrieel, rond 1900. In Ticino, aan het Lago Maggiore, stichtten hij en Ida Hofmann, zijn lief en pianiste-feministe die hij in een sanatorium had leren kennen, met een paar andere kompanen een utopische commune.
Monte Verità, de idealistische leefgemeenschap van anarchisten, communisten, dansers, schrijvers, schilders, pacifisten, theosofen, plantkundigen… is de geschiedenis van artistieke guerrilla’s op zich. Zoals de beroemde Zwitserse kunsthistoricus-curator Harald Szeemann (1933-2005) het stelde:
“Een groep van onconventionele eenzaten die in deze regio met een zuiderse sfeer de vruchtbare grond vonden om de kiemen van Utopia die geen wortels schoot in het noorden, te zaaien.”
De gastenlijst is indrukwekkend: de anarchistische Russische prins Kropotkin, de droefgeestige dichter Hermann Hesse, de Amerikaans-Franse danseres Isadora Duncan, psychoanalist Carl Jung, pedagoog-esotericus Rudolf Steiner, de Belgische schilder-architect-ontwerper Henry van de Velde, de Estse schilder Elisar von Kupffer, de avant-garde schilders Marianne von Werefkin, Alexej von Jawelensky, de Dadaïsten Hugo Ball, Hans Arp, Hans Richter, de in Brussel geboren Charlotte Bara…
Video: Monte Verità
Balabiott
Psychoanalytici, geologen, nudisten, archeologen, veganisten… allerlei Wandervogel toefden korte of lange tijd op de vluchtheuvel. Balabiott noemden de plaatselijke bewoners de naakte dansers. In het Ticinese dialect staat het woord nog altijd voor mafkees. Mannen liepen blootsvoets in korte broek en met lange wapperende haren. Vrouwen evenzo en zonder korset. De bewoners van de commune predikten en praktiseerden een ‘andere manier van leven’: geen vlees of vis, geen eieren maar ook geen wollen kleding. Lijf en leden moesten zoveel mogelijk aan zonlicht worden blootgesteld. En aan Free Love! Dat nudisme ontlokte een piepshow. De eigenaar van de Art Nouveau-villa Semiramis (nu hotel) verdiende wat bij met de verkoop van toegangstickets tot het platte dak. Vanachter de schouwtorens begluurden de buurtbewoners die rare snuiters.
Niet dat die snoeshanen ‘langharig werkschuw tuig’ waren. Mannen en vrouwen deden hetzelfde harde labeur. En het was een zware klus om de aanvankelijke wildernis te rooien, om nadien driehonderd fruitbomen, struiken en palmen aan te planten. Bovendien was het een steile klim bergop. Een ezel werd aangeschaft om bouwmateriaal en drinkbaar water vanuit het dorp beneden naar boven te brengen en dat leidde al tot ruzie binnen de eerste leefgemeenschap. Het was ook niet meer dan een bouwvallige stal waarin de eerste communeleden op een stromatras op de grond sliepen.
Het ‘sanatorium’-gevoel is er nog in het Bauhaushotel dat de Duitse baron Eduard von der Heydt, ooit bankier van de Duitse keizer, in 1927-1929 liet bouwen. Maar de omgeving is nog altijd riant: het park, de Chinese theetuin, het panorama op het meer.
Le Mammelle della Verità, dit Artemisbeeld van de godin van de overvloed en de veelzijdigheid presenteerde Harald Szeemann met zijn Agentur für Geistige Gastarbeit in 1978 in een eerste iconische ‘berg’-tentoonstelling. Szeemann verzamelde foto’s, teksten, kleding, objecten, kunstwerken over deze alternatieve leefgemeenschap, dat hij ook als een museum van architectuur bestempelde. Een duizendtal memories van zijn omvangrijke collectie worden opnieuw tentoongesteld in een van de gerestaureerde huizen van het complex op de heuvel aan het Lago Maggiore. De Casa Anatta is nu het Huis van de Zielen.
Nog organiseert de Eranos-Foundation er lezingen en intellectuele bijeenkomsten. Alle actuele artistieke activiteiten moeten passen in de sfeer van wat Monte Verità van bij het begin wou zijn: een plek voor alternatief denken en doen.
Zoals Ise Frank, echtgenote van architect Gropius zei:
“Een plek waar onze gedachten naar de hemelen kunnen reiken…”
De Britse schrijfster Daphne du Maurier had er a heavenly time en ze schreef in een novelle:
“Time stood still on Monte Verità.”
~ Eliane Van den Ende
Historicus en cultuurjournalist
Lees ook: Sophie Taeuber-Arp – Pionier van de abstracte kunst
Boek: Monte Verità – Der Traum vom alternativen Leben beginnt