De latere Italiaanse dictator Benito Mussolini werkte op zijn 34e enige tijd voor de Britse geheime dienst MI5. De Britse historicus Peter Martland van de universiteit Cambridge heeft documenten gevonden waaruit blijkt dat Mussolini goed betaald werd voor zijn diensten.
Dat is vandaag te lezen in de Britse krant The Guardian. De historicus stuitte op oude documenten die aantonen dat Mussolini voor zijn diensten wekelijks een bedrag van 100 pond ontving. Omgerekend naar nu verdiende Mussolini daarmee ongeveer 6.600 euro per week.
Mussolini, destijds vooral actief als journalist, kwam in 1917 in dienst van de Britse geheime dienst. Hij werd gerekruteerd door spionagechef Samuel Hoare. Zowel Engeland als Italië waren op dat moment verwikkeld in de Eerste Wereldoorlog. De twee landen streden aan dezelfde zijde.
Vredesbetogingen
De destijds 34-jarige Benito Mussolini liet zich in de krant Il Popolo d’Italia, die hij zelf in 1914 had opgericht, negatief uit over diegenen die riepen om vrede en was een fel tegenstander van vakbonden die opriepen tot stakingen en een wapenstilstand eisten. Historicus Peter Martland vertelt dat de Britten niet te wachten zaten op vredesbetogingen in Italië en al helemaal niet op stakingen. Mussolini werd daarom betaald zodat hij zich in de Italiaanse krant zou blijven verzetten tegen de roep om vrede. Als redacteur moest hij juist oproepen tot Italiaanse steun aan de geallieerden.
Daarnaast ontdekte de historicus dat Mussolini veteranen opdracht gaf een vredesdemonstratie in Milaan te verstoren door demonstranten in elkaar te slaan. Waar Mussolini het vele geld dat hij verdiende met zijn werk voor de MI5 aan uitgaf, weet de historicus niet. Wel vermoedt hij dat een groot deel van het geld opging aan vrouwen.
Na de wapenstilstand werd de Duce steeds machtiger. In 1922 werd hij de fascistisch dictator van Italië. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zou hij lijnrecht tegenover Groot-Brittannië komen te staan.
Lees ook: Benito Mussolini (1883-1945): “Il Duce”, dictator van Italië
Boek: Mussolini – Peter Neville