
Volgens de onderzoekster, docent Kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam, is er nog veel te ontdekken. Vaak wordt gezegd dat Nederland niet echt een beeldhouwwerkland is, vanwege een gebrek aan beeldhouwmaterialen als marmer, een nauwelijks ontwikkeld mecenaat en de overheersing van de schilderkunst. Desondanks zijn in de database van het RKD alleen al voor de periode 1800-1914 bijna vierhonderd werken van vierhonderd beeldhouwers te vinden. Mogelijk was er dus toch een beeldhouwtraditie, in de periode voordat de moderne tijd aanbrak.
Naar de negentiende-eeuwse beeldhouwkunst is tot nu toe nog weinig onderzoek gedaan. De initiatiefnemers voor het onderzoeksproject:
“Deze kunst omringt ons dagelijks: op pleinen, in parken en op begraafplaatsen, in (semi-) openbare gebouwen als kerken en aan gevels. Vanaf 1800 maakte zij een ontwikkeling door van een ambacht, vaak ondergeschikt aan de bouwkunst, tot een onafhankelijke discipline, waarin nieuwe vormen en materialen werden toegepast en waarin kunstenaars hun ideeën tot uitdrukking brachten.”