Farao Toetanchamon werd mogelijk in allerijl begraven. Dat concludeert een microbioloog na bestudering van de muren van Toetanchamon’s grafkamer.
Het onderzoek werd verricht onder leiding van microbioloog Ralph Mitchell van de Universiteit van Harvard. Mitchell en zijn collega´s troffen op de muren van de grafkamer van Toetanchamon enkele bruine vlekken aan. Volgens de wetenschapper gaat het waarschijnlijk om schimmelresten die vlak na sluiting van de grafkamer ontstonden doordat de verf op de muren nog niet droog was.
Toetanchamon werd niet oud. Hij werd rond zijn tiende farao en overleed in 1324 voor Christus. Hij was toen ongeveer 19 jaar. Waar de farao precies aan overleed is niet duidelijk. Een jaar geleden stelde een internationaal team wetenschappers dat de farao vermoedelijk overleed aan de gevolgen van een gebroken been en malaria. De farao werd wereldberoemd nadat de Brit Howard Carter in 1922 zijn vrijwel ongeschonden graf vond. In het praalgraf trof Carter meer dan 3.500 kunstvoorwerpen aan.
Volgens microbioloog Ralph Mitchell tonen oude foto’s aan dat de bruine vlekken op de muren van de graftombe al voor 1922 aanwezig waren. De vlekken zouden sinds de ontdekking van de tombe door Howard Carter bovendien niet groter zijn geworden.
Mitchell vermoed dat de tombe van de farao na diens dood in allerijl in gereedheid moest worden gebracht. De geverfde muren zouden nog niet eens droog zijn geweest toen het graf verzegeld werd.
In de tombe achtergelaten voedsel en wierook zouden, samen met de mummie en de opdrogende verf, voor de ontwikkeling van de bruine vlekken hebben gezorgd. Toen al dit materiaal uitgedroogd was, zouden ook de schimmelvlekken gestopt zijn met groeien.
Mitchell onderzocht de vlekken op verzoek van de Egyptische Raad voor de Oudheden. Deze raad was bang dat de vlekken zich in de loop der tijd verder zouden uitbreiden. Die angst is volgens Ralph Mitchell ongegrond.
Overzicht van Boeken over Egypte en de oude Egyptenaren