In de grote collectie tekeningen van Teylers Museum bevinden zich zo’n 75 schetsboeken van rond 1900 en ouder. Fascinerende boekjes, omdat we als het ware direct over de schouder van de kunstenaar meekijken. Er zijn kleine zakboekjes met vluchtige krabbels, grotere boeken met meer uitgewerkte tekeningen en samenhangende, losbladige series.
De vroegste werken
Het oudste werk is een anonieme reeks uit 1754 met geschreven en getekende natuurobservaties uit de duinen bij Haarlem. Uit het einde van de achttiende eeuw dateert een boekje met schetsen van dieren van Hendrik Barend Thier. De negentiende eeuw is gevarieerd vertegenwoordigd met boekjes met marines en kastelen door Johan Christiaan Schotel, impressies van het Surinaamse plantageleven door David van der Gon Netscher en architectuur- en figuurtekeningen door Cornelis Springer. Nogal uitzonderlijk is een boekje waarin Vincent van Gogh bijzondere teksten noteerde en een schetsje maakte.
Schetsboekjes uit de twintigste eeuw
De groep schetsboeken uit begin van de twintigste eeuw is bijzonder groot en veelzijdig. Men vindt er oriëntaalse taferelen van Marius Bauer, natuurimpressies van Nicolaas Bastert, stadsgezichten van George Hendrik Breitner en alle soorten van figuurstudies van Isaac Israëls met boekjes uit Nederland, Engeland en Frankrijk.
Het oudste boekje
Het oudste schetsboekje waarin een bioloog-tekenaar rupsen heeft geobserveerd, is gemaakt met grote nauwgezetheid en liefde voor het onderwerp. Om de paar dagen in de jaren 1754 en 1755 beschreef en tekende de tot op de dag van vandaag onbekende kunstenaar, de veranderingen die hij opmerkte bij de insecten. Hij vond zijn rupsen in de duinen van Haarlem, op de weg naar Overveen en in Amsterdam (Weesperveld en het Blauwhoofd bolwerk). Als maker is wel gedacht aan Vincent Jansz van der Vinne (1736-1811), de eerste kastelein of conservator van de Kunstverzamelingen van Teylers Museum. Maar die toeschrijving kan door gebrek aan vergelijkingsmateriaal niet worden onderbouwd.
Vincent van Gogh
Vincent van Gogh, geboren in Zundert (Noord-Brabant), zou uitgroeien tot één van de belangrijkste kunstenaars van de negentiende eeuw. Pas in 1879, op 26-jarige leeftijd, koos hij voor het kunstenaarschap. In de daarop volgende tien jaar heeft hij bijzonder hard gewerkt: ruim 860 schilderijen en bijna 12000 werken op papier zijn er van hem overgeleverd. Daarvóór was Van Gogh echter ook al bijzonder in de kunst en literatuur geïnteresseerd. Dit unieke boekje getuigt van die vroege culturele belangstelling. Van Gogh heeft het (bijna) uitsluitend met teksten gevuld van romantische auteurs die hij bewonderde, zoals Uhland, Heine, Goethe en Andersen. Hij kopieerde de tekstjes toen hij als kunsthandelaar in Parijs zat in 1875-76. Vervolgens heeft hij het als blijk van waardering geschonken aan kunstenaar Thijs Maris die toen ook in Parijs zat. Beiden hebben achterin nog een of twee schetsjes gemaakt.
Isaac Israëls
De Nederlandse kunstenaar Isaac Israëls (1865-1934) kwam voort uit de groep van Amsterdamse Impressionisten. Hij leerde het vak grotendeels van zijn vader Jozef Israëls. Toen hij in 1886 naar de Rijksacademie in Amsterdam ging, werd hij weggestuurd omdat hij al volleerd was. Israëls specialiseerde zich in uitbeeldingen van het mondaine nachtleven, dat hij met losse impressionistische toets vastlegde. Van 1905 tot 1913 woonde hij in Parijs, daarna enkele jaren in Londen en uiteindelijk in Den Haag. In zijn schetsboekjes volgen we Israëls bij bezoeken aan muziekvoorstellingen, theaters en circussen. Elke keer weer wordt hij getroffen door vrouwelijk schoon.
20 topstukken online
Schetsboekjes zoals deze zijn zeer lichtgevoelig en kwetsbaar. Ze kunnen daarom nauwelijks, of slechts heel beperkt, worden tentoongesteld. Om ze toch te kunnen exposeren, heeft Teylers Museum de schetsboekjes gedigitaliseerd. Twintig topstukken uit de collectie zijn nu via de website pagina voor pagina door te bladeren. Zo kun je een mooie blik werpen in het creatieve brein van kunstenaars als Springer, Bauer, Breitner en Israels.
Dit artikel is een bewerkte en uitgebreide versie van een artikel dat Michiel Plomp, hoofdconservator Kunstverzamelingen, eerder scheef voor Teylers Magazijn.