Shoah door kogels
Wolf Kern en Ryfka Lindwer hebben elkaar niet gekend. Wolf is Willy Lindwers grootvader langs moederszijde; Ryfka is zijn oma langs vaderskant. Ryfka werd door de nazi’s vermoord met de kogel in Delatyn in Galicië, een plaatsje in het huidige Oekraïne. Galicië was de bakermat van het chassidisme, een mystieke stroming binnen het ultraorthodoxe jodendom. Toen in West-Europa de deportatie van Joden richting gaskamers begon, waren in Oost-Europa al meer dan een miljoen Joden vermoord door kogels. Bewoners van complete sjtetls werden in omliggende bossen afgemaakt en verdwenen in massagraven. De familiekroniek Wolf en Ryfka kadert in een groter verhaal, namelijk dat van een verloren Joodse cultuur in Oost-Europa en verbindt de Shoah in Oost-Europa met die van West-Europa.
Willy Lindwer
Filmmaker en auteur Willy Lindwer, bekend om zijn films over de Holocaust, werd in Amsterdam geboren. Hij woonde met zijn ouders in de Weesperstraat. Ze doken tijdens de oorlog onder bij een boer in het Gelderse Varsseveld. Opa Wolf overleed in 1944 tijdens de onderduik aan een longontsteking gevolgd door een hartaanval. In 1992 bezocht de schrijver, samen met zijn vader, de geboortestreek van de familie. Het resulteerde in de film Terug naar mijn sjtetl Delatyn. Tijdens een bezoek aan Delatyn in 2017 kreeg Lindwer van de rabbijn een doos, gevonden in een massagraf van de bevolking van de sjtetl. De doos bevatte onder andere een gouden tand, een broche, een poederdoos, oorbellen en vijf kogelhulzen. De moord op zijn oma kwam daarmee opnieuw heel dichtbij. Deze ontdekking werd volgens de auteur de directe aanleiding om zijn boek te schrijven. Jaren eerder had zijn moeder hem een geldkistje overhandigd. Pas na ontvangst van de doos met de kogelhulzen maakte hij ook dat kistje open. Er zaten brieven van opa Wolf in die hij tijdens zijn onderduik aan zijn dochters had geschreven. Het optekenen van het complete familieverhaal werd een absolute must voor de tegenwoordig in Jeruzalem woonachtige Willy Lindwer.
Inkijk in tradities
Voor wie geïnteresseerd is in de herkomst van joodse gewoontes, gebruiken, cultuur en typisch joodse terminologie is dit boek heel verrijkend. De traditionele bontmuts en de zwarte jas in de chassidische gemeenschap, overgenomen van de kozakken, komen bijvoorbeeld voorbij. De kibboets. Joodse instellingen en synagogen die nooit op stadspleinen mochten staan, altijd erachter. Het vooroorlogse Amsterdam en de tegenstelling tussen de Portugese synagoge en de Hoogduitse sjoel waar in de jaren dertig een voorzanger uit Galicië zong. De kvitel, een briefje met chassidisch gebed, bij wijze van zegen, en dat nooit mag weggegooid worden, wel verbrand of begraven. De Golem. Valse Messiassen die door Europa rondwaarden, ook in Galicië. De shadchan of huwelijksmakelaar. Al die zijsprongen leiden soms af van het familieverhaal maar zijn enorm interessant en zijn de omweg zeker waard. Veel foto’s van onder andere de familieleden illustreren het verhaal.
‘Le-dor va-dor’ zeggen Joden vaak, Hebreeuws voor ‘verhalen doorgeven over de omzwervingen, van generatie op generatie’. Dit mooi uitgegeven boek voldoet in alle opzichten aan deze wens.
Boek: Wolf & Ryfka – Kroniek van een Joodse familie
Wolf en Ryfka – Tentoonstelling Nationaal Holocaust Museum t/m 2 februari 2020.