Dark
Light

Duitse leraar verrijkte Nederlandse taal met ‘spieken’

3 minuten leestijd
Mr. Bean kijkt af tijdens een examen
Spieken - Mr. Bean kijkt af tijdens een examen

Rond 1880 introduceerde de Duitse docent Carl Sicherer (1807-1886), afkomstig uit Württemberg, het woord ‘spieken’ in het Nederlandse schoolvocabulaire. Uiteraard was alleen de term spieken, en niet het spieken zelf, een Duitse uitvinding.

De Telchinibus van Carl Sticher
De Telchinibus van Carl Sticher
De volledige naam van leraar Carl Sicherer was: dr. Carl August Xaverius Gottlob Friedrich Sicherer (1807-1886). Hij werkte in de jaren 1850 tot 1880 als docent Duits op het Gymnasium en de HBS in Leiden. In deze periode introduceerde hij daar het begrip spieken.

Korte biografie Carl Sicherer

Sicherer werd op 21 oktober 1807 geboren in de plaats Rottweil in de Duitse deelstaat Baden-Württemberg, in het zuidwesten van Duitsland. Na een opleiding in Tübingen promoveerde hij in Duitsland in de filosofie. Daarna werkte hij enige tijd als leraar in de Nederlandse plaatsen Helmond en Montfoort. In 1840 behaalde hij in Nederland nog een doctorstitel, na het voltooien van een literair onderzoek in Utrecht. Zijn proefschrift had als titel De Telchinibus (NB. op veel sites staat per abuis Felchinibus gespeld). Hierna ging Sicherer aan de slag als docent Duits in Leiden en als lector aan de plaatselijke universiteit.

Het leven als leraar op een gymnasium of HBS was in de negentiende eeuw minder zwaar dan tegenwoordig. Sicherer gaf in 1869-1870 maar elf lesuren per week aan in totaal 31 leerlingen, op een school met in totaal vijf klassen. Daarom had Sicherer naast het lesgeven de nodige tijd om te schrijven. Interessant is Sicherers omvangrijke boek Lorelei: Plaudereien über Holland und seine Bewohner (1870; twee delen). Hierin beschreef hij diverse aspecten van de Nederlandse cultuur, zoals het schaatsenrijden, zeeziekte op de Zuiderzee, maar ook de politiek, Nederlandse literatuur en de animositeit tussen Nederlanders en Duitsers (die toen al bestond). Enkele jaren erna publiceerde Sicherer een stevige grammaticale pil, van ruim 500 pagina’s, getiteld Hoogduitsche spraakleer (1874). En samen met de Nederlandse taalkundige A.C. Akveld stelde hij in de jaren 1883-1885 een Hoogduitsch-Nederlandsch Woordenboek en een Nederlandsch-Hoogduitsch Woordenboek samen.

Op 9 februari 1886 overleed Carl Sicherer te Goes, in de provincie Zeeland.

Spieken: verspreiding en etymologie

Spiekbriefje in een pakje limonade (wiki)
Spiekbriefje in een pakje limonade (wiki)
De taalkundige oorsprong van spieken werd al in 1912 achterhaald door dr. H.W.J. Kroes. Deze Kroes was net als Sicherer leraar Duits (op een HBS in Rotterdam). Tevens was hij medeoprichter van de Vereniging van Leraren in Levende Talen. Hij ontdekte dat de term van Sicherer afkomstig was. Kroes was toevallig in dit onderwerp geïnteresseerd geraakt. Zijn leerlingen gebruikten het woord spieken voor ‘afkijken’ en ‘heimelijk overschrijven’. Kroes vroeg zich af of het woord Spickzettel (‘spiekbriefje’) dat hij in een Duitse roman was tegengekomen, verband hield met het ‘Nederlandse’ woord spieken. Kroes plaatste daarop een oproep in een landelijk onderwijsblad met de vraag welke term men gebruikte voor ‘afkijken’. Hij wilde achterhalen waar ‘spieken’ vandaan kwam.

Er kwamen veel reacties uit heel Nederland en zelfs uit Nederlands-Indië. In Holland noemde men afkijken ook wel spieken of spieren, in Groningen fielten, in Soerabaja (!) tikken, in Breda stechelen, in Roermond foetelen, in Sneek kiepen en in Rotterdam en Overijssel smokkelen. Opmerkelijk was een reactie uit Rotterdam. Een docent hier constateerde dat smokkelen in 1885 nog de term was voor afkijken, maar toen hij in 1895 op de school terugkeerde was het standaardwoord spieken geworden. Ook in Zwolle bleek smokkelen ingewisseld te zijn voor spieken. Waarom werd dat ‘spieken’ ineens zo populair? Een brief uit Leiden gaf antwoord op deze vraag. Rond 1880 werkte daar een zekere docent Sicherer uit Duitsland, die voortdurend tegen zijn leerlingen ‘nicht spicken‘ zei. Kroes kon aan de hand van het in kaart brengen van alle reacties concluderen dat deze leraar het woord spieken in de Nederlandse taal introduceerde.

Etymologisch kende Carl Sicherer in zijn eigen Duitsch-Nederlandsche Woordenboek over ‘spicken‘ de volgende betekenissen toe:

larderen, met spek doorrijgen, spekken, wat overdrachtelijk plagiaat plegen of afkijken betekent.

Der Spicker staat al minstens sinds 1523 bekend als ‘de spieker’: een plagiaatpleger, iemand die zijn geschriften doorspekt met andermans denkbeelden, eigen werk opsieren met gestolen gedachten. Mogelijk is het Duitse woord weer afkomstig van het Latijns spicere, wat ‘kijken’ betekent.

Meer historische uitdrukkingen en gezegden
Boek: De mooiste uitspraken van onze ouders en grootouders

Bronnen

-‘Spieken en grammatica’, Levende Talen Magazine afl.1 (2015) 42-43
-Over de etymologie van ‘spieken’
-Biografie over Carl Sicherer (Huygens Instituut)
-Teksten van en over Sicherer op dbnl.org
-Ewoud Sanders, ‘Spieken’, NRC Handelsblad (11 mei 1998), ook verschenen in Sanders’ Woorden met een verhaal (2004) 121-124.

Enne Koops (1978-2023) was historicus en docent geschiedenis en maatschappijleer aan het Rietschans College in Ermelo. Zijn interesse ging uit naar onderwerpen als religie- en cultuurgeschiedenis, oorlogen, migratie, en de geschiedenis van Noord-Amerika, Nederland en Duitsland. Publiceerde vele artikelen op Historiek. Zie ook: In memoriam

Historiek is een onafhankelijk online geschiedenismagazine voor een breed publiek. We willen geschiedenis en actualiteit met elkaar verbinden en geschiedenisverhalen gratis toegankelijk maken. Meer informatie

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 50.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×