Selma van Hasselt was een Jodin die tijdens de Tweede Wereldoorlog terechtkwam in Malchow, een van de minder bekende concentratiekampen van de nazi’s. Via Westerbork was ze eerst in Auschwitz en Ravensbrück beland. In Malchow, gelegen in Mecklenburg – zo’n 125 kilometer ten noorden van Berlijn, moest ze werken in een levensgevaarlijke munitie- en kruitfabriek.
Schrijver Ron van Hasselt is persoonlijk op het onderwerp betrokken, omdat Selma zijn achterachternicht is. De familie Van Hasselt, oorspronkelijk afkomstig uit Antwerpen, woonde gedurende de Tweede Wereldoorlog in Groningen. De vader van Selma, Samuel, werkte op de veemarkt in Groningen, maar mocht sinds de anti-Joodse maatregelen deze markt vanaf september 1941 niet meer betreden. Hij woonde op een steenworp afstand van de veemarkten werd in de zomer van 1942 voor overtreding van dit gebod gearresteerd en naar Westerbork gebracht. Daarna ging hij naar Auschwitz, waar Samuel binnen vier weken stierf. De rest van zijn gezin dook onder, Selma vermoedelijk in Overijssel.
‘Ik ben erg geslagen…’
Selma belandde in het verzet. Toen ze in januari 1944 onder een vals persoonsbewijs met de trein reisde vanaf Arnhem, werd ze op het perron herkend door een foute Nederlandse politieagent die bij haar op school had gezeten. Hij arresteerde haar en ze belandde in het strafkamp in Westerbork. Er is een brief bewaard gebleven van Selma, gedateerd 2 maart 1944, waarin ze één dag voor vertrek naar Auschwitz, onder meer het volgende schrijft:
” Mijn innig geliefden! Vandaag plotseling gehoord dat ik op transport ga met beestenwagens naar het Oosten. Wat een afschuwelijke tijding! (…) Hoe ik jullie in mijn hart heb, weten jullie niet. Nu mis ik jullie zo erg. Hebben jullie ooit een berichtje gehad? Op mijn woord ik heb niets verraden. Ik ben erg geslagen door S.D.” (112)
Malchow
Na een verblijf in Auschwitz en Ravensbrück is Selma in januari 1945 doorgevoerd naar Malchow. Hier moest ze dwangarbeid verrichten in een munitiefabriek van de nazi’s. Over dit kamp is weinig bekend, behalve enkele ooggetuigenverslagen van dorpsgenoten. Een zekere Siegfried was een van hen:
“De jongen zag hoe SS’ers mensen op afstand hielden van het kamp (…) Hij herinnerde zich hun arrogante en wrede gedrag. Hij kon ook door het prikkeldraad iets van het kamp zien. Hij zag hoe gevangenen werden opgejaagd, afgesnauwd en geslagen door de Aufseherinnen (bewaaksters)” (10)
Uit recent onderzoek is gebleken dat er meer dan 900 van dit soort kleinere en grotere concentratiekampen bestonden, die over het algemeen nauwelijks bekend zijn onder het grote publiek. Vaak stonden de kampen in de nabijheid van wegen, mijnen en steengroeven, en werden de gevangenen ingezet om vliegvelden, gebouwen, wegen en fabrieken te bouwen.
Slot
Helaas heeft de auteur over Selma’s verblijf in dit kamp weinig informatie kunnen vinden. Wel ontdekte hij dat Selma in het kamp in de ziekenbarak belandde, vanwege tyfus, en eind maart of begin april 1945 overleed. Kort daarna, op 1 mei 1945, bevrijdden de Russen het kamp en kwam er in het gebied een communistisch regime. Het enige berichtje over het voormalige slavenkamp verscheen in een Duitse krant in mei 1947, nadat er 21 graven met 60 stoffelijke overschotten van vrouwen bij Malchow waren gevonden.
Al met al is het boek van Van Hasselt een boeiend en niet onbelangrijk historisch document. Op een heel persoonlijke manier laat de auteur aan de hand van allerlei bronnen zien hoe geraffineerd de nazi’s van het begin tot het einde te werk gingen. Afscheid in Malchow is verder mooi geïllustreerd en bevat veel fotomateriaal.
Boek: Afscheid in Malchow – En andere bijna vergeten verhalen