Miguel Cervantes herbegraven in Madrid

Het stoffelijk overschot van de beroemde Spaanse schrijver Miguel Cervantes is donderdag bijgezet in de Sint Ildefonsokerk van een klooster in het centrum van Madrid. Dat melden Spaanse media.

Don Quichot, zoals afgebeeld op een boekillustratie uit 1863, van de hand van Gustave Doré

Miguel de Cervantes (1547-1616) werd in 1616 begraven in een klooster in Madrid. Ongeveer zestig jaar later verdwenen de resten vanwege bouwwerkzaamheden bij het klooster. Ze keerden na enige tijd weer terug maar waar de beenderen zich precies bevonden was onduidelijk. Ook onbekend was of de resten een plek in een muur hadden gekregen of zich onder de vloer van het klooster bevonden.

Er werd maar liefst drie jaar naar de beenderen van de schrijver gezocht. In maart van dit jaar werden ze eindelijk gevonden in een kist met daarop de initialen MC. De botten zijn donderdag bijgezet in een monument bij het voormalige klooster waar ze waren teruggevonden, het Convento de las Trinitarias Descalzas (Klooster van de Ongeschoeide Trinitariërs).

Op het grafmonument is ook een citaat uit het laatste boek van de schrijver te vinden:

“De tijd dringt, mijn lijden neemt toe, mijn hoop verdwijnt. En toch, ondanks dit alles, houdt mijn wil te leven mij in leven”.

Auteur Don Quichot

Cervantes begon in 1597 aan zijn beroemde boek Don Quichot. Hij zat op dat moment in de gevangenis vanwege onbetaalde schulden. Het eerste deel van het boek verscheen in 1605. Tien jaar verscheen het tweede deel. Enkele andere bekende werken van Cervantes zijn La Galatea, La Gitanilla en de Byzantijnse roman Los trabajos de Persiles y Sigismunda, historia septentrional.

De schrijver overleed op 23 april 1616. Opvallend is dat op die dag ook Engelse schrijver William Shakespeare overleed. Sinds 1995 wordt op 23 april daarom Wereldboekendag gehouden.