Op de Markt van Tongeren, vlakbij het onvolprezen Gallo-Romeins Museum, staat het standbeeld van Ambiorix, de Oude Belg die het in 57 voor Christus opnam tegen Julius Caesar. De flink besnorde leider van de stam der Eburonen tuurt krijgshaftig in de verte en is het symbool geworden van de Belgen die, volgens Caesar, van alle Galliƫrs de dappersten waren.
Over de rol van Ambiorix is al heel wat inkt gevloeid. In 2005 werd hij tot vierde grootste Belg uitgeroepen en in de recente tv-reeks Het verhaal van Vlaanderen speelde hij een glansrol. De vraag rijst dan ook: wat valt er verder nog te vertellen over de legendarische Belg? Heel wat, zo blijkt uit het jongste boek van historicus Robert Nouwen. In Ambiorix tegen Caesar ontrafelt hij met bijna chirurgische precisie feiten en mythe. De auteur laat er alvast geen twijfel over bestaan: in Ambiorixā verhaal versmelten historische feiten van twee millennia geleden met romantische fantasieĆ«n uit de negentiende eeuw toen het nog jonge BelgiĆ« behoefte had aan nationale helden.
Gallische oorlogen
In het eerste deel van het boek wordt het bredere historische kader geschetst van de Gallische oorlogen en de rol die Ambiorix daarin speelde. Tussen 58 en 51 voor Christus voerde Julius Caesar een harde campagne om van Galliƫ een wingewest voor het Romeinse rijk te maken. Dat liep allerminst van een leien dakje en Caesar had al zijn diplomatiek, militair en strategisch vernuft nodig plus een stevig leger van 8 legioenen, goed voor circa 40.000 geoefende soldaten. Om die gigantische militaire machine draaiende te houden rekende Caesar op de lokale bevolking voor de bevoorrading en logistieke steun.
Ook de Eburonen, wiens woongebied zich uitstrekte over Centraal-Belgiƫ en delen van Nederland en Duitsland, moesten opdraaien voor het onderhoud van de legioenen. Dagelijks enkele tonnen voedsel leveren aan een leger van duizenden soldaten betekende een zware last voor de Eburonen die vooral leefden van kleinschalige landbouw en veeteelt. Voeg daar nog tegenvallende oogsten aan toe en je hebt een grote bron van frustratie en opstand. Het verklaart ook waarom Ambiorix die aanvankelijk een bondgenoot was van Caesar zich uiteindelijk tegen de Romeinen keerde. In 56 voor Christus slaagde hij erin om anderhalf legioen, pakweg 5000 strijders, in een hinderlaag te lokken en in de pan te hakken.
Lange tijd ging men er van uit dat die veldslag plaats vond in de buurt van Tongeren maar nergens zijn daar tastbare sporen van gevonden, aldus Robert Nouwen. Hij stelt dat er een dertigtal mogelijke locaties zijn die zich situeren in Belgisch en Nederlands Limburg, de streek tussen pakweg Venlo, Maastricht en Tongeren. Voor Ambiorix was het echter een pyrrusoverwinning. Caesar sloeg keihard terug en de Eburonen werden na hun opstand zo goed als uitgeroeid, al slaagde Ambiorix er steeds in te ontkomen.
Kronieken en conflictarcheologie
Robert Nouwen haalt zijn informatie vooral uit Romeinse bronnen zoals de āCommentariiā van Julius Caesar. Die waren echter bedoeld als verslagen voor de senaat in Rome en moeten dus met de nodige omzichtigheid gelezen worden. Daarom ging de auteur ook grasduinen in het werk van andere auteurs zoals Titus Livius, Plutarchus en Dio Cassius. Daarnaast bood de archeologie uitkomst. Vondsten zoals muntschatten leveren soms onvermoede resultaten op over allianties tussen stammen en Nouwen rekent erop dat ook de conflictarcheologie nog meer duidelijkheid kan scheppen.
Als voorbeeld vermeldt hij de archeologische vondsten in Kessel, in de Noord-Brabantse gemeente Peel en Maas. Daar werden talrijke zwaarden, schilden, bijlen en helmen gevonden naast tal van skeletresten. Getuigen van de veldslag die Caesar er in 55 voor Christus uitvocht met twee Germaanse stammen en die uitmondde in een genocide met tienduizenden slachtoffers. Een aanwijzing te meer dat Caesar een der moorddadigste mannen uit de wereldgeschiedenis is.
De auteur maakt ook de balans op van de Gallische oorlogen. De cijfers spreken boekdelen. Circa 1 miljoen GalliĆ«rs schoten er het leven bij in. Op een bevolking van 5 Ć 10 miljoen kan dat tellen. Daar tegenover vielen er 40.000 legionairs, een verhouding van 1 op 25. Daarnaast werd een groot deel van de bevolking in slavernij gedreven. GalliĆ« was aan het einde van de oorlog ontvolkt, platgebrand, geplunderd en compleet verarmd. Nouwen noemt de Gallische oorlogen dan ook Ć©Ć©n grote roofpartij.
Ambiorix als nationale held
Tot in de negentiende eeuw was Ambiorix hooguit een voetnoot in de geschiedenisboeken en aangezien het woongebied van de Eburonen zich uitstrekte van de Kempen tot aan de Rijn zou hij net zo goed als Belg, Nederlander of Duitser beschouwd kunnen worden. Maar toen kwam de onafhankelijkheid van BelgiĆ«. De nieuwe natie had dringend behoefte aan eigen helden en Ambiorix kwam daarbij goed van pas. Hoe dat in zijn werk ging beschrijft Robert Nouwen in de tweede helft van het boek. De auteur haalt tal van treffende anekdotes aan die vaak amusante lectuur opleveren. De leider van de Eburonen kreeg een upgrade tot volksheld, werd afgebeeld op historische frescoās in overheidsgebouwen, op schilderijen in musea en met beeldhouwwerken op stadspleinen.
Ook dichters lieten zich niet onbetuigd, zo blijkt uit de ongewild grappig klinkende citaten van negentiende-eeuwse poƫzie. Bombast, romantiek en nationalisme gingen blijkbaar hand in hand. Dat was trouwens ook zo in Nederland met Julius Civilis en zijn Bataven, in Frankrijk met Vercingetorix en met de Germaanse krijgsheer Armenius in Duitsland. Patriottisme en historische werkelijkheid passen zelden goed samen aldus Robert Nouwen. Naties worden in het leven geroepen omdat de politiek er behoefte aan heeft en geschiedenis mag niet misbruikt worden als instrument voor politieke recuperatie van historische figuren.
Ook het beeld van Ambiorix in Tongeren, door Leopold II in 1866 ingehuldigd, kreeg een hoofdstuk. Daarin beschrijft de auteur de lange politieke, artistieke en financiƫle soap rond het standbeeld met als hoofdpersonages de middelmatig getalenteerde beeldhouwer Jules Bertin, een armlastige stad, kritische historici en kunstcommissies.
Hoe dan ook, zo besluit Robert Nouwen, Ambiorix heeft een vaste stek verworven in ons collectief geheugen en dat geldt zeker in Limburg. Zowel in Tongeren als in Maastricht en wijde omgeving duikt Ambiorix op als uithangbord. Voor het toerisme in Limburg, in namen van straten, biermerken, frituren, supermarkten, sportverenigingen en hotels. Zelfs een duivenmelkersclub en een baggerschip dragen de naam van de leider der Eburonen. Het boek van Robert Nouwen maakt alvast duidelijk dat de mythe van Ambiorix meer dan twee millennia na de feiten nog steeds springlevend is.