In het Archeologiehuis Zuid-Holland, het archeologiemuseum van de provincie Zuid-Holland en Archeon, wordt donderdag een tentoonstelling geopend over Romeins Bodegraven. Een van de topstukken is een loden vervloekingstablet waarop de namen van 21 soldaten vermeld staan.
Aan het begin van onze jaartelling viel het zuidelijke deel van Nederland onder Romeinse heerschappij. Na mislukte pogingen om ook Noord-Nederland en de rest van Duitsland te onderwerpen, kozen de Romeinen voor de Oude Rijn als noordelijke grens van hun rijk. Op de zuidoever van die rivier ontstond een uitgebreid systeem van forten en wachttorens. Dit werd gedurende drie eeuwen bevolkt door Romeinse soldaten, die zich van Katwijk aan Zee tot Millingen aan de Rijn en verder inzetten om invallen van het ‘barbaarse’ volk ten noorden van de Rijn af te slaan. Deze militaire zone staat bekend als de ‘Limes’, naar het Latijnse woord voor grens. De Limes wordt wel eens het grootste archeologische monument van Europa genoemd.
Vervloekingstablet
Naast de kampementresten kent Bodegraven nog drie bijzondere losse vondsten: een ruiterhelm die zich in de collectie van het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden bevindt, een vervloekingstablet en een stuurriem.
Het vloektablet kwam in 2000 aan het licht en werd aangekocht door Museum Het Valkhof in Nijmegen. Dankzij een bruikleen van datzelfde museum zal het nu in deze tentoonstelling te zien zijn. Hoewel dit soort platen in het Romeinse Rijk vaker voorkomen, was dit de eerste ontdekking in Nederland. Een vervloekingstablet, ofwel een tabula defixionis, bevatte verwensingen of bezweringen, die bedoeld waren om iemand te laten treffen door bovennatuurlijke krachten.
De stuurriem is gebruikt op een platbodem en zal in deze tentoonstelling voor het eerst aan het publiek worden getoond.