Er is ernstige twijfel ontstaan over de heersende opvatting dat de oudst bewaarde kaart van het Afrikaanse continent gemaakt is door Portugese ontdekkingsreizigers in de vijftiende eeuw.
De weinige jeugdliteratuur uit de achttiende eeuw die we tegenwoordig nog kennen, heeft de reputatie braaf te zijn: denk aan ‘Jantje zag eens pruimen hangen’ van Hiëronymus van Alphen. Zelfs letterkundigen haalden lang hun neus op voor de gemakzuchtige lectuur die de moraliserende boodschappen op een presenteerblaadje aanbood. Die reputatie is echter niet terecht.
Tussen 1520 en 1720 trokken ongeveer 330 schilders vanuit de Nederlanden naar Groot-Brittannië. In zowel de Nederlandse als Britse kunstgeschiedschrijving was er tot nu toe weinig aandacht voor deze grote groep kunstenaars. En dat terwijl zij een grote invloed hadden op de Britse schilderschool.
Uit demografisch historisch onderzoek blijkt dat de pest in de Zuidelijke Nederlanden tot hogere sterftecijfers heeft geleid dan tot nu toe gedacht.
Voor een freelanceklus dook Anne-Marie Mreijen in 2007 de archieven in om een bibliografie samen te stellen van alle teksten van de Nederlandse politicus Marinus van der Goes van Naters (1900-2005). Het lange leven van de SDAP- en PvdA-fractievoorzitter dat de gehele twintigste eeuw omspande, bleek zo interessant dat het onderzoek uitgroeide tot een wetenschappelijke biografie over Van der Goes