Amerikaanse kolonisten blijken zich aan het begin van de zeventiende eeuw schuldig te hebben gemaakt aan kannibalisme. Dat heeft het Smithsonian Institute deze week bekendgemaakt.
In de staat Virginia vonden archeologen enige tijd geleden een aantal skeletten van opgegeten honden, katten en paarden.
Tussen deze botten werden echter ook resten gevonden van een mens. Onderzoek heeft nu aangetoond dat deze resten afkomstig zijn van een veertienjarig Engels meisje.
De resten zijn uitvoerig onderzocht en nu blijkt dat de schedel van dit meisje, dat de onderzoekers Jane noemen, aan het begin van de zeventiende eeuw door mensen in tweeën werd gebroken. Vervolgens werden de hersens verwijderd en ook het vlees zou ter consumptie van het gezicht zijn gesneden. Of het meisje een natuurlijke dood stierf of werd vermoord is niet bekend.
Starving time
De resten van het meisje werden een jaar geleden gevonden in James Fort in de staat Virginia. Dit is de oudste permanente Britse kolonie in de Verenigde Staten. In de winter van 1609 en 1610 kregen de bewoners van deze kolonie het erg zwaar te verduren. Door een strenge winter was er heel weinig te eten. Zo´n tachtig procent van de bewoners kwam tijdens deze zogenaamde starving time te overlijden. Eeuwen later is nu dus voor het eerst tastbaar bewijs gevonden van kannibalisme in de oude nederzetting.