Nee, het gaat hier niet om schrijver Maarten ‘t Hart, maar om diens naamgenoot. Een bijzondere kunstenaar die vooral naam maakte met schilderijen van kerkinterieurs. In het Stadsmuseum Harderwijk is momenteel een tentoonstelling te zien met werk van de bijzondere fijnschilder.
Kunstenaar Maarten ‘t Hart werd in november 1950 geboren in Amersfoort. Zijn vader runde daar een tent- en zeilenmakerij. Na zijn schooltijd werkte de jonge Maarten enige tijd in het bedrijf van zijn vader, maar uiteindelijk merkte hij dat zijn hart ergens anders lag, namelijk bij de teken- en schilderkunst. Hij besloot een opleiding te gaan volgen aan de Kunstacademie in Utrecht, waar hij zich bekwaamde in de (oude) schildertechnieken en al snel ontdekte dat hij weinig op had met abstracte kunst. ‘t Hart wilde vooral heel goed kijken, naar bijzondere details om zich heen, en die vervolgens zo precies mogelijk vast te leggen.
De kunstenaar groeide op in een christelijk gezin en behield, anders dan zijn schrijvende naamgenoot, zijn geloof. ‘t Hart haalt nog altijd inspiratie uit het geloof en dat is vooral te zien aan de kerkinterieurs die hij op de doek vastlegt. Al in zijn jonge jaren reisde de kunstenaar met zijn broer Gerrit, organist, door Nederland om allerlei kerken van binnen en buiten te kunnen bestuderen. Terwijl zijn broer het orgel bespeelde nam ‘t Hart geïnspireerd alles om zich heen zo goed mogelijk in zich op.
Geduld
Wie het werk van de kunstenaar bestudeert, begrijpt dat ‘t Hart geen man van haastig werken is. Over elk detail is nagedacht en aan zijn schilderijen werkt hij dan ook wekenlang achtereen. Met enorm veel geduld. Stadsmuseum Harderwijk over de werkwijze van de kunstenaar:
“Voordat ‘t Hart een schets gaat maken, loopt hij wel een uur door en rond het gebouw. In een kerk kan dat wel een halve dag in beslag nemen. Hij neemt alle tijd om een interessante plek te vinden. Dat is erg belangrijk omdat de spanning in het uiteindelijke schilderij daarvan afhankelijk.”
De kunstenaar probeert tijdens het dwalen door de kerk te bepalen wat het meest interessante doorkijkje is.
“Bovenal is van de standpuntbepaling afhankelijk of recht wordt gedaan aan het specifieke karakter van het gebouw en of de beleving van de ruimte later op het platte vlak wel optimaal is.”
Gewassen inkt
In de sfeervolle ingerichte tentoonstelling in Harderwijk zijn naast schilderijen met kerkinterieurs, ook tekeningen met gewassen inkt en rood krijt van bijvoorbeeld stationsgebouwen, boerenhoevens, straatgezichten en stillevens van Maarten ’t Hart te bewonderen. De techniek met gewassen inkt was met name in de achttiende eeuw populair. Er zijn nog maar weinig kunstenaars die gewassen inkttekeningen maken, vooral omdat de techniek nogal arbeidsintensief is en de kans op mislukken aanzien is. Maarten ‘t Hart kiest niet voor de makkelijkste weg en houdt de oude techniek levend.
Opvallend is dat op de kerkinterieurs van Maarten ‘t Hart mensen volledig ontbreken. De kunstenaar haalt zijn inspiratie duidelijk uit de overweldigende architectuur van de (kerk)gebouwen. Zijn werken krijgen hierdoor iets tijdloos. Aan het begin van de tentoonstelling is een werk met daarop een karakteristiek mannenhoofd. Een sprekend portret dat Marius van Dokkum ooit van zijn vriend maakte.
Tegenwoordig woont en werkt Maarten ‘t Hart met zijn vrouw Annelies (eveneens kunstenaar) in een boerderij in Avereest (Overijssel). Van zijn echtgenote zijn ook enkele werken in Harderwijk te bewonderen.
De tentoonstelling in het Stadsmuseum Harderwijk, getiteld ‘De kunst van het kijken’, is nog te bezoeken tot en met 7 mei 2017.
Meer kunstgeschiedenis
Rubriek: religieuze geschiedenis