Nee, het gaat hier niet om schrijver Maarten ‘t Hart, maar om diens naamgenoot. Een bijzondere kunstenaar die vooral naam maakte met schilderijen van kerkinterieurs. In het Stadsmuseum Harderwijk is momenteel een tentoonstelling te zien met werk van de bijzondere fijnschilder.
De kunstenaar groeide op in een christelijk gezin en behield, anders dan zijn schrijvende naamgenoot, zijn geloof. ‘t Hart haalt nog altijd inspiratie uit het geloof en dat is vooral te zien aan de kerkinterieurs die hij op de doek vastlegt. Al in zijn jonge jaren reisde de kunstenaar met zijn broer Gerrit, organist, door Nederland om allerlei kerken van binnen en buiten te kunnen bestuderen. Terwijl zijn broer het orgel bespeelde nam ‘t Hart geïnspireerd alles om zich heen zo goed mogelijk in zich op.
Geduld
“Voordat ‘t Hart een schets gaat maken, loopt hij wel een uur door en rond het gebouw. In een kerk kan dat wel een halve dag in beslag nemen. Hij neemt alle tijd om een interessante plek te vinden. Dat is erg belangrijk omdat de spanning in het uiteindelijke schilderij daarvan afhankelijk.”
De kunstenaar probeert tijdens het dwalen door de kerk te bepalen wat het meest interessante doorkijkje is.
“Bovenal is van de standpuntbepaling afhankelijk of recht wordt gedaan aan het specifieke karakter van het gebouw en of de beleving van de ruimte later op het platte vlak wel optimaal is.”
Gewassen inkt
Opvallend is dat op de kerkinterieurs van Maarten ‘t Hart mensen volledig ontbreken. De kunstenaar haalt zijn inspiratie duidelijk uit de overweldigende architectuur van de (kerk)gebouwen. Zijn werken krijgen hierdoor iets tijdloos. Aan het begin van de tentoonstelling is een werk met daarop een karakteristiek mannenhoofd. Een sprekend portret dat Marius van Dokkum ooit van zijn vriend maakte.
Tegenwoordig woont en werkt Maarten ‘t Hart met zijn vrouw Annelies (eveneens kunstenaar) in een boerderij in Avereest (Overijssel). Van zijn echtgenote zijn ook enkele werken in Harderwijk te bewonderen.
De tentoonstelling in het Stadsmuseum Harderwijk, getiteld ‘De kunst van het kijken’, is nog te bezoeken tot en met 7 mei 2017.
Meer kunstgeschiedenis
Rubriek: religieuze geschiedenis
