De bezetting heeft lang als moreel ijkpunt gefunctioneerd, en doet dat in feite nog. Maar onze aandacht wordt steeds minder getrokken door de uitersten.
Onlangs verscheen de biografie van 'moffenmeid' Thea Hoogensteijn die stiekem bij het verzet zat. Gustaaf Simons (85) kende haar en vertelt over zijn 'verzet' op de autostep
“Wat is goed of fout? Mijn overgrootvader was ‘goed’, oordeelde de Zelhelmse zuiveringscommissie. Toch tekende hij in oktober 1940 de ariërverklaring."
Een van de kernvragen in het boek is hoe de Duitsers erin slaagden om in een korte periode van ruim één jaar (van 14 juli 1942 tot 29 september 1943) ruim 100.000 Nederlandse Joden af te voeren en te vermoorden.
Avenue Foch, de brede laan in Parijs van de Arc de Triomphe naar het Bois de Boulogne, werd tijdens de Duitse bezetting ook wel ‘Avenue de Gestapo’ genoemd.
Op 20 juli 1944 pleegde Claus von Stauffenberg een aanslag op Hitler in diens bunker de Wolfschanze. Deze actie is bekend geworden als Operatie Walküre. Het doel van Von Stauffenberg was om met ongeveer tweehonderd medestanders een staatsgreep te plegen. De aanslag mislukte, waarna de samenzweerders werden opgepakt en in heel Duitsland duizenden personen werden gearresteerd of geëxecuteerd. Het beeld
Er werden in totaal zeker 42 moordaanslagen gepland en gepleegd op nazi-leider Adolf Hitler. Niet één daarvan wist de Duitse leider ook daadwerkelijk te doden.
Eindelijk hadden ze dat “rothaarige Mädel” te pakken. Dat is wat medewerkers van de Duitse Sicherheitsdienst dachten toen ze Hannie Schaft op 21 maart 1945 in Haarlem werd opgepakt bij een wegblokkade.