Op wandelafstand van het Brusselse Parlement staat centraal op het Sint-Jansplein het standbeeld van Gabrielle Petit. Hoewel de meeste toeristen het beeldhouwwerk achteloos voorbijlopen, dringt zich toch een nadere kennismaking op met deze bijzondere vrouw en haar heldhaftige verzetsdaden tijdens de Grote Oorlog.
Een niet alledaagse jeugd
De oorlogsjaren
Begin augustus 1914 vallen Duitse troepen Belgiƫ binnen. Ondanks hevige weerstand kan het slecht uitgeruste Belgische leger de vijandelijke opmars niet stuiten en op twintig augustus wordt Brussel ingenomen en bezet door het 4de Duitse Legerkorps. Vrijwel onmiddellijk daarna meldt Petit zich aan als vrijwilligster bij het Rode Kruis. Na enkele maanden, het is intussen al 1915, neemt ze het besluit om samen met haar verloofde Gobert via Nederland de oversteek te wagen naar Groot-Brittanniƫ. Eenmaal aangekomen in Londen wordt ze door de Britse inlichtingendienst aangeworven. Na een vrij korte maar intensieve opleiding wordt Petit middels een verzetsnetwerk terug naar Belgiƫ gestuurd. Op het eerste gezicht lijkt haar opdracht eenvoudig. Niets is echter minder waar. Gabrielle moest langs de verschillende spoorwegknooppunten de Duitse troepenverplaatsingen en hun logistieke munitie- en materieeltransporten nauwgezet bespioneren. Haar informatie speelde ze door aan de militaire overheden.
De inlichtingen waren voor het Belgisch leger en de geallieerden van groot belang. Met die verworven kennis kon men namelijk anticiperen op een eventueel aankomend Duits offensief. Impulsief zoals ze was en overmoedig geworden door haar aanvankelijke successen, nam Petit steeds vaker onverantwoorde risicoās. Vrij snel kwam ze hierdoor in het vizier van de Duitse contraspionagedienst. De twintigste januari 1916 wordt ze met een list in de val gelokt en aangehouden. Na haar arrestatie ondergaat ze dagenlang langdurige verhoren. Na enige tijd wordt ze opgesloten in de gevangenis van de Brusselse deelgemeente Sint-Gillis.

Veroordeling en executie
Tijdens de veelvuldige ondervragingen weigert Petit haar contacten te verraden en neemt ze alle schuld op zich. De Duitse bezetter kent voor Gabrielle dan ook weinig genade. Ondanks haar jonge leeftijd wordt ze na een kort schijnproces tot de doodstraf veroordeeld. Op 1 april 1916 wordt Gabrielle in de vroege ochtend per vrachtwagen overgebracht naar een executieterrein in Schaarbeek, een randgemeente van Brussel. Daar wordt ze samen met nog andere veroordeelden door een vuurpeloton gefusilleerd.
De erkenning
Het was de beeldhouwer Egide Rombaux (1865-1942) die uiteindelijk opdracht kreeg een standbeeld voor Gabrielle te ontwerpen. De sculptuur wordt op 21 juli 1923 onder massale belangstelling en in aanwezigheid van verscheidene binnen- en buitenlandse hoogwaardigheidsbekleders samen met wijlen koningin Elisabeth van BelgiĆ« (1865-1965) plechtig onthuld. Ook in haar geboortestad Doornik staat achter de kerk van Saint-Brice op de āPlace Clovisā een bronzen herdenkingsmonument van de kunstenaar Paul Dubois (1859-1938) ter hare nagedachtenis. Ofschoon de figuur van Gabrielle Petit in de loop der jaren enigszins is weggedeemsterd, blijven haar verzetsdaden in het collectief geheugen voor altijd gegriftā¦
Hommage aan Gabrielle Petit:
Boek: Gabrielle Petit