Wilson als mede-architect van de Eerste wereldoorlog
Terug nu weer naar de Britse generaal Wilson, die naast Grey, gezien kan worden als een der voornaamste architecten achter de Britse politiek met betrekking tot het ontstaan van de Eerste Wereldoorlog.
Churchill, die hem eens in zijn kantoor bezocht schreef over deze generaal dat:
‘he had acquired an immense volume of knowledge about the Continent. He knew the French Army thoroughly and was deeply in the secrets of the French General Staff. For years he had been labouring with one object, that if war came, we should act immediately on the side of France. The whole wall of his room was covered by a gigantic map of Belgium across which every practicable road by which the German Armies could march for the invasion of France, was painted clearly.’ (23)
Vanaf zijn benoeming tot directeur ‘Military Operations’ in augustus 1910 werd Wilson de belangrijkste inspirator van de Frans-Britse militaire samenwerking. Bij zijn eerste bezoek aan Frankrijk, in z’n nieuwe functie ontmoette hij uiteraard ook de Britse militaire attaché in Parijs en noteerde daarover in zijn dagboek:
‘There is much that I will change here and I suppose in the other Military Attache’s. They appear to me to be dealing with peace and not with war.’ (24)
Wilson deed er alles aan ook zijn politieke superieuren te overtuigen dat Engeland zich op oorlog diende in te stellen en de natie daarop moest voorbereiden (25) en hij spande zich in om de Brits-Duitse betrekkingen zoveel mogelijk onder druk te zetten. Zo lezen we onder andere:
‘There is a sort of somnolence in the Office which annoys me, so I am preparing another bomb to see if I can wake things up. Grey’s speech ( his statement of British policy in the House) was good. It will annoy the Germans and the British Radicals which is good’ (26)
en verderop:
‘I sent in my final appeal to Nick to help me to get ready for war; if he does not take action on this I will not do anything more until he goes away, and then I will begin on French’. (27)
In 1911 (ten tijde van de Maroccocrisis) had Wilson een gesprek met Grey en Churchill waarbij men overeen kwam het Britse volk op oorlog voor te bereiden. (28)
Uiteraard had Wilson ook aan de praktische uitvoering van zijn oorlogsplannen gewerkt en al in maart 1911 waren de schema’s voor een landing van de ‘BEF’ in Frankrijk en België binnen 9 dagen na mobilisatie, tot in detail gereed en terwijl Wilson steeds de verklaringen van Grey in het parlement, dat Engeland geen enkele militaire verplichting had ten opzichte van Frankrijk, ondersteunde, vertelde hij de Fransen dat de militaire besprekingen de facto een Britse garantie tot actieve ondersteuning waren en op 20 juni 1911 tekende hij zelfs een overeenkomst met de Franse generaal Dubail waarin werd geregeld dat Engeland met zes- in plaats van slechts vier divisies de landingen in Frankrijk en/of België zou ingaan. (30) En ook van deze toezeggingen en afspraken wist de meerderheid van de Britse regering en het Britse parlement totaal niets af.
Toen daarop de internationale situatie zich, ten tijde van de tweede Marokkocrisis in 1911, toespitste en de spanningen tussen Duitsland en Frankrijk hoog oplaaiden ontving Wilson van een van zijn bronnen bericht dat de Franse regering de mogelijkheden van een gewapend conflict onderzocht. Onmiddellijk zond hij een telegram aan de Franse generale staf waarin hij mededeelde dat als zo’n conflict zou uitbreken:
‘it was vital that Germany should appear to be the responsible party. Should France to be the aggressor, public opinion would be divided and English intervention would find itself greatly retarded’. (31)
Intussen moest Wilson zijn geheime afspraak met de Franse generaal Dubail nog waarmaken en hij begon dan ook alarmerende berichten over de Duitse gevechtskracht rond te strooien.
Op 9 augustus van dat jaar, tijdens een lunch met Grey, Haldane, de minister van Oorlog en Lord Crowe, legde hij hun zijn 6-divisies-plan voor. Hij had hierover van te voren met Haldane overleg gepleegd die dezelfde dag, tijdens een diner met de minister-president, ook nog een duit in het zakje deed door zeer alarmerend te spreken over de militaire situatie en op een snelle beslissing over Wilsons voorstel aandrong. (32)
Asquith was zeer onder de indruk en belegde op 23 augustus een vergadering van het ‘Imperial Defence Committee’ waarbij Wilson als voornaamste spreker optrad om zijn voorstellen toe te lichten. De Admiraliteit, die vreesde dat als een en ander werd aangenomen dit ten koste van de marine zou gaan, stemde tegen maar werd door de overige aanwezigen, waaronder Lloyd George en Churchill, overruled waarna het ‘zes divisieplan’ zonder stemming werd aanvaard. (33)
Ook nu weer werd het kabinet volstrekt gepasseerd, sterker nog, bepaalde leden van de commissie, onder wie Morley, Loreburn, Harcourt en Burns, had men zelfs niet bij deze zitting uitgenodigd maar deze kwamen daar natuurlijk al spoedig achter. (34) Asquith schreef hierover aan Haldane dat:
‘evidently someone had informed Morley, who is quite the most impossible colleague that ever entered a British Cabinet’ (35)
Loreburn, de Lord Chancellor, en dus niet de eerste de beste, ging niet akkoord met de gang van zaken en schreef nu een zeer scherpe nota aan Grey waarin hij zijn vermoedens uitsprak over de geheime Frans-Britse militaire afspraken en een verklaring eiste. Grey negeerde dit verzoek echter volkomen (36) waardoor Loreburn, nu nog sterker geprikkeld, de zaak zelf ging onderzoeken en ontdekte dat:
‘everything had been arranged for the landing of a force of 150.000 man on the French coast, down to the minutest detail of the departure and arrival of the trains and the stations at which they should get refreshments. This had all been arranged by members of the “Imperial Defence Committee’. (37)
Het is duidelijk dat men nu gealarmeerd was en op 1 november 1911 tijdens een voltallige kabinetszitting, beschuldigde minister Morley, Grey er van een geheim verdrag te hebben gesloten met Frankrijk en dit voor kabinet en parlement te hebben verzwegen.
Zowel Asquith als Grey ontkenden dit in alle toonaarden en bagatelliseerden de zwaarte van de afspraken. Ze zwoeren dat Engeland geen enkele verplichting was aangegaan en de handen volkomen vrij had. Ditmaal hechtte het kabinet echter geen geloof aan hun verhalen en verschillende ministers dreigden met ontslag als er niet snel een openbaar debat zou worden gehouden. (38)
De minister-president, die zijn positie in gevaar zag komen, koos nu eieren voor zijn geld en schreef voor de 15e november een nieuwe kabinetsvergadering uit.
Opnieuw eiste men opheldering en wederom verklaarde Grey dat Engeland geen enkele verplichting ten opzichte van Frankrijk op zich had genomen. Lord Loreburn dreigde ontslag te nemen als de waarheid niet boven tafel kwam en ook Morley en Harcourt accepteerden de verdediging van Grey niet. Men eiste nu een schriftelijke verklaring van de minister-president dat:
‘communications (with France) if related to concerted actions by land or sea, should not be entered into without previous approval of the Cabinet’. (39)
Deze verklaring werd tenslotte noodgedwongen afgegeven ook al vertelde Grey de ‘Commons’ op 27 november dat:
‘there may be reasons why a Government should make secret arrangements of that kind if they are not things of first rate importance, if they are subsidiary to matters of great importance. But this is the very reason why the British Government should not make secret engagements which commit Parliament to obligations of war’. (40)
In theoretische- en praktische zin, (Grey heeft nooit, tot aan het uitbreken van de oorlog, ook maar een officiële handtekening gezet onder welk verdrag met Frankrijk inzake militaire samenwerking dan ook) was wat Grey verklaarde juist, maar in essentie doelbewust misleidend. (41) De besprekingen met Frankrijk waren al veel te ver gegaan en konden moeilijk meer worden teruggedraaid. Voorlopig was de zaak binnen het Kabinet echter weer wat gesust en Grey ging rustig door met zijn geheime politiek.
Lloyd George, (de latere minister-president) die toch aanwezig was tijdens de vergadering van het Imperial Defence Committee op 23 augustus en daardoor volledig op de hoogte was van de Brits-Franse besprekingen (42) heeft deze spreekwoordelijke geheimzinnigheid van Grey later proberen te gebruiken om zijn eigen bekendheid met de feiten te verdoezelen. Na de oorlog schreef hij in zijn memoires:
‘nearly all of us, even Cabinet ministers, were kept sedulously in the dark about our Foreign conversations and commitments. None of these were placed at the disposal of the Cabinet. They were passed to the prime-minister and perhaps to one or two other ministers, the rest of us were kept in the dark. There is abundant evidence that both France and Russia regarded the military arrangements as practicable tantamount to a commitment on our part to come to the aid of France in the event of war with Germany’. (43)
Ware woorden, maar Lloyd George verzuimde er hij te vermelden dat hij zelf, als lid van het Imperial Defence Committee, wel volkomen op de hoogte van de feiten was, zoals we nu inmiddels weten.
Zoals gezegd, Grey zette zijn politiek onverdroten door ondanks de grote druk die door individuele kabinetsleden op hem werd uitgeoefend. Hij had dit al eens eerder meegemaakt, namelijk in 1906 toen Sir Campbell en Asquith grote twijfel hadden over de politieke wijsheid om de militaire besprekingen met Frankrijk voort te zetten. Grey, gesteund door Haldane, had toen elk bruikbaar argument- en elk denkbaar middel toegepast en de gehele zwaarte van zijn functie ingezet om die besprekingen te laten doorgaan. Uiteindelijk kreeg hij die toestemming nadat hij had beloofd dat de besprekingen door de Fransen niet zouden worden opgevat als een verplichting van Engeland en verder moest hij, we schreven het al, zeker stellen dat de Fransen nooit als eerste een aanval zouden openen en voet op Belgische bodem zouden zetten als de oorlog met Duitsland uitbrak.
Zoals bekend heeft Frankrijk zich strikt aan deze eis gehouden toen ze, vlak voor het uitbreken van de oorlog, haar troepen 10 kilometer van de grens terugtrok en zo voorkwam dat Franse soldaten als eerste de grens zouden overschrijden en als agressor konden worden aangemerkt.
Deze tactiek was ook de sleutel van Grey’s geheime politiek. Voor hem hing er alles van af dat de Duitsers als eerste België zouden binnen vallen. Hij wist dat noch het Britse volk noch het kabinet tot deelname aan een oorlog tegen Duitsland bereid zou zijn, tenzij hij Engeland de rol zou kunnen laten spelen van ‘redder van België’ als dat land onverhoeds en onverdiend door Duitsland werd overvallen. (44) De Britse publieke opinie zou dan spontaan de zijde van België kiezen en volk en regering zouden de rijen vast aaneen sluiten en Grey rekende er op dat alleen dat- en niets anders, Engeland daadwerkelijk aan de kant van Frankrijk en Rusland in de oorlog zou brengen.
Zou zo’n oorlog ontstaan, dan was het dus van eminent belang dat Frankrijk niet, zoals hij gezien de nogal agressieve Frans-Russische politiek ten opzichte van Duitsland vreesde, als eerste de Belgische grens overschreed omdat dan Frankrijk- en niet Duitsland als agressor beschouwd kon worden, waardoor de Britse regering en de publieke opinie deelname aan zo’n oorlog niet zou steunen. (45)