Bij de uitdrukking ‘de handen in onschuld wassen’ denken veel mensen gelijk aan de Romeinse stadhouder Pontius Pilatus. Volgens de Bijbel waste die zijn handen (in onschuld) nadat hij Jezus, op verzoek van een woedende menigte had veroordeeld tot de kruisdood.
In het evangelie van Matteüs staat:
“Toen Pilatus inzag dat zijn tussenkomst nergens toe leidde, dat het er integendeel naar uit zag dat men in opstand zou komen, liet hij water brengen, waste ten overstaan van de menigte zijn handen en zei: ‘Ik ben onschuldig aan de dood van deze man. Zie het zelf maar op te lossen.” (27:24)
De uitdrukking ‘de handen in onschuld wassen’ wordt nog altijd gebruikt door mensen die willen benadrukken dat ze ergens geen schuld aan hebben.
Bloedschuld
De eerste keer dat de uitdrukking in de Bijbel gebruikt wordt is in het boek Deuteronomium. Daar wordt een ritueel beschreven dat uitgevoerd moet worden als er iemand is vermoord en onduidelijk is wie de dader is. De oudsten van de stad waar het lijk is gevonden moeten dan een koe laten offeren in een dal.
Deuteronomium 21 (6-9):
“De oudsten van de stad het dichtst bij het lijk moeten dan boven de dode koe hun handen wassen, onder het uitspreken van de volgende woorden: ‘Onze handen hebben dit bloed niet vergoten, onze ogen hebben het niet gezien. Ach HEER, houd Israël, het volk dat u bevrijd hebt, niet verantwoordelijk voor deze moord, en reken het ons niet aan dat er onder uw volk een onschuldige is gedood.’ Dan zal die moord hun niet worden aangerekend. Zo bevrijdt u zich van de bloedschuld.”
Ook in de Psalmen wordt de uitdrukking verschillende keren gebruikt.
Top 100 Bijbelse uitdrukkingen, gezegden en woorden
Waarom eten we matzes met Pasen?
Overzicht van boeken over de (Nederlandse) taalgeschiedenis