Sinds zaterdag is in Museum Martena in Franeker een tentoonstelling te zien over een bijzondere periode in de natuurwetenschap. Titel van de tentoonstelling, die in samenwerking met het Koninklijk Eise Eisinga Planetarium is opgezet, luidt: Eisinga onder professoren. De schatkamer van de Friese natuurwetenschap.
De tentoonstelling vertelt het verhaal bij een bijzondere periode in de natuurwetenschap. In de achttiende eeuw begon men namelijk op een andere manier wetenschap te bedrijven. Voor die tijd hielden wetenschappers zich vooral bezig met het bestuderen van teksten, in de achttiende eeuw gingen natuurwetenschappers zich steeds meer bezighouden met het wiskundig berekenen van natuurverschijnselen en vervolgens het in de praktijk toetsen. Isaac Newton was de aartsvader van deze nieuwe
methode. Herman Boerhaave en Willem Jacob ‘s Gravesande verspreidden de methode in de Nederlanden.
Vanaf de achttiende eeuw konden steeds meer tot dan toe onverklaarde fenomenen verklaard wsorden en aanschouwelijk gemaakt door middel van proefjes en apparaten. Zo trok de elektriseermachine bijvoorbeeld drommen mensen aan tijdens openbare demonstraties. Het wonderlijke verschijnsel elektriciteit kon ineens zichtbaar gemaakt worden en daar wilden de mensen wel hun huis voor uitkomen. De wetenschap werd op deze manier iets waar ook de ‘gewone’ mensen mee in aanraking kwamen. Wetenschap was niet langer alleen maar iets dat ver weg op de universiteiten bedreven werd.
In Friesland begon in de achttiende eeuw een bijzondere groep mensen zich te roeren, de zogenaamde ‘boerenprofessoren’. Dit waren autodidacte instrumentenbouwers, astronomen of wiskundigen. Zonder universitaire opleiding gingen zij ook het pad der wetenschap op. Degene die daar met kop en schouders bovenuit stak was Eise Eisinga. Hij bouwde tussen 1774 en 1781 het nu wereldberoemde planetarium in zijn woonkamer. Hoewel Eisinga geen universitaire opleiding had genoten profiteerde hij waarschijnlijk toch van de kennis die in Franeker aanwezig was. Door de Franeker Universiteit kwam Eisinga met professoren in aanraking: er werden openbare lessen georganiseerd en er waren boekhandels en uitgeverijen in de stad. Zo kreeg hij toegang tot de benodigde kennis.
De tentoonstelling in Museum Martena in Franeker laat zien wat er in deze bijzondere tijd in de wetenschap gedacht en gedaan werd. Er worden veel natuurkundige instrumenten uit privéverzamelingen tentoongesteld die niet eerder voor het grote publiek te zien zijn geweest. Ook worden de verhalen van vier Franeker professoren en vier zogenaamde autodidacten verteld. Aan de hand van het instrumentarium, verklarende filmpjes, handschriften, schilderijen en gravures wordt een beeld geschetst van de stand van de wetenschap in Franeker in de achttiende eeuw.
De tentoonstelling Eisinga onder professoren. De schatkamer van de Friese natuurwetenschap loopt van 16 juni tot en met 11 november 2012.