Bijna heel Europa heeft gedurende het interbellum (1919-1939) in het teken gestaan van fascistische en nationaalsocialistische agitatie. Dat geldt ook voor Nederland.2 Ook in de voormalige Oostelijke Mijnstreek (Heerlen en omgeving) waren nationaalsocialistische onruststokers actief, waaronder de Duitsers Conrad Tykfer en Paul Blumrath. Tykfer, consulair ambtenaar te Heerlen, was NSDAP-Gauleiter. Blumrath, mijningenieur, was voorzitter van de ‘Bund der Deutschen in Limburg’. Over hen handelt dit artikel.3
Paul Blumrath
Paul Hermann Peter (roepnaam: Paul) Blumrath werd geboren op 2 augustus 1888 te Witkowitz (Silezië). Hij was de oudste zoon van het Duitse echtpaar Peter Blumrath en Marie Blumrath-Klein. Na de lagere school bezocht Paul onder meer het gymnasium.
Sinds 1905 woonde het gezin Blumrath in Eygelshoven.4 Vader Peter Blumrath, geboren in Barmen (Dld), lid van de Verein Deutscher Ingenieure (VDI), was elektrotechnisch en werktuigbouwkundig ingenieur. Hij was werkzaam bij Laura en Vereeniging, exploitant van de twee particuliere steenkoolmijnen Laura en Julia in Eygelshoven. Gedurende negentien jaar leidde hij het bovengronds bedrijf van de Laura.5 Hij stierf in 1924 te Eygelshoven. Weduwe Marie Blumrath-Klein, geboren te Weidenau an der Sieg (Dld), huisvrouw, vestigde zich vervolgens in Voerendaal, later in Welten (1934). Zij overleed in april 1944 te Welten.6
Loopbaan
Paul Blumrath was tijdens de Eerste Wereldoorlog eerst vrijwilliger, vervolgens compagniecommandant en tenslotte officier-vlieger (luitenant) c.q. officier-waarnemer. Hij nam deel aan de strijd in Macedonië en in Turkije. Meerdere malen raakte hij lichtgewond.7
Na afloop van de Eerste Wereldoorlog studeerde Blumrath aan de Hochschule Aken en studeerde er af als mijnbouwkundig ingenieur.8 Hij ging aan de slag in de Duitse steenkoolindustrie, werkte in verschillende mijnen en bekleedde diverse (leidinggevende) functies.9
In 1927 was Blumrath actief als vertegenwoordiger van een machinefabriek: ‘IJzerindustrie Phoenix’, een Duitse mijnbouwgroep.10 Blumrath, inmiddels gehuwd met de Duitse Marie Luise (roepnaam: Ise) Alhmeijer, dochter van een dominee uit Essen-Stadtwald11, woonde in kasteel Cortenbach te Voerendaal.12 Het echtpaar kreeg drie kinderen: twee dochters en één zoon. Een dochter stierf op 5-jarige leeftijd in 1931.13
Bund der Deutschen in Limburg
In september 1927 richtte Paul Blumrath de ‘Bund der Deutschen in Limburg’ op.14 Op 2 oktober, de verjaardag van rijkspresident Hindenburg, ging deze bond van start. Aan de Stationstraat 25 te Heerlen was het bondskantoor gevestigd. Blumrath werd voorzitter van de Bund der Deutschen in Limburg. De bond beoogde het sociale, culturele, educatieve leven van in Limburg wonende en werkende Duitsers te bevorderen. Getracht werd om zowel een hechte Duitse gemeenschap te creëren als een goede verstandhouding met de Limburgse bevolking te bewerkstelligen. Met ‘Berlijn’ werd eveneens contact gezocht en gehouden.
In 1929 telde de bond zestien onderafdelingen en meer dan tweeduizend leden. Veel leden woonden in de Oostelijke Mijnstreek (Kerkrade, Heerlen, Hoensbroek, Brunssum en omgeving) en werkten in de Zuid-Limburgse kolenmijnen.15
Volgens sommige bondsleden zou voorzitter Blumrath een twijfelachtige reputatie hebben genoten. Voor hen was hij een blaaskaak en fraudeur. Ook had hij schulden. Schuldeisers hadden beslag gelegd op zijn meubilair.16 Persoonlijke belangen stonden bij Blumrath altijd voorop. Anderen zagen hem heel anders. In hun ogen was Blumrath een eerlijke, betrouwbare, hulpvaardige, nationaalsocialistische leidinggevende.17
In 1930 zou mede op initiatief van Blumrath in Heerlen een Deutsche Volksschule zijn gesticht. In Limburg woonachtige Duitse kinderen moesten immers Duits onderwijs krijgen, zo werd betoogd. Van de drieduizend Duitse schoolkinderen kregen er driehonderd Duitse les.18
In 1931 stichtte Blumrath in Heerlen een Duits-evangelische kerk. Het kerkje lag aan de Klompstraat en werd door Duitse mensen uit Heerlen en omringende dorpen bezocht.19 Eveneens in 1931 hielp hij NSDAP-leider E. Lieberoth bij het opbouwen van een NSDAP-Stützpunkt te Eygelshoven-Kerkrade. Op 1 mei 1932 trad Paul Blumrath toe tot de NSDAP, partijnummer: 1.111.229. Op 14 mei 1933 werd hij SS-Sturmführer. Hij was dus ook SS-lid.
Om in zijn levensonderhoud te voorzien begon hij een mijnbouwtechnisch bureau aan de Ceintuurbaan 5 (nu Ruys de Beerenbroucklaan) te Heerlen.20
Rellen
Op 16 juni 1933 hielden ‘Bezem-fascisten’ een bijeenkomst in of aan de Laanderstraat te Heerlen.21 Aanvankelijk leek het erop dat de fascistenleiders Baars en Swemmelaar voor niets naar Heerlen waren gereisd. Al met al kwamen ongeveer honderd belangstellenden opdagen. Ofschoon er een betrekkelijk sterke politiemacht op de been was escaleerde de bijeenkomst. Met hakenkruisen getooide Duitsers raakten slaags met communisten. Fascisten, nazi’s en politiemensen liepen rake klappen op. Paul Blumrath ontkwam er evenmin aan. Hij moest zelfs aan zijn verwondingen worden behandeld.22
Uitzetting
Op 22 juli 1933 werd Paul Blumrath door Lambert Offermans, de rechtlijnige politiecommissaris van Heerlen (1933-1945), gesommeerd Nederland te verlaten. Blumrath was tot persona non grata verklaard.23 Ook andere Heerlense nazi’s – Tyfker, Grosse, Stollenberg, Crämer en Martin – werden tot ongewenst vreemdeling verklaard en moesten Nederland verlaten.24 Alle uitgewezenen vertrokken naar Duitsland, vooral naar Aken. Politie-informant J. Zweiböhmer, een Duitse mijnwerker uit Heerlen, had belastende informatie over de NSDAP-activiteiten van Paul Blumrath verzameld en doorgespeeld.25 Conform een ministerieel schrijven van 8 juli 1933 werden politieke acties van buitenlanders (nazi-Duitsers) in Nederland niet meer geduld. Het voeren van politieke propaganda zoals het dragen van hakenkruisen was voortaan verboden.26
Essen
Blumrath en zijn gezin verlieten Voerendaal en vestigden zich aan de Werrastrasse 4 te Essen-Rellinghausen (Dld). Daar was Blumrath actief voor de plaatselijke NSDAP-afdeling (Essen-Rellinghausen), met name voor het Nationalsozialisches Fliegerkorps (NSFK); niet verwonderlijk gezien zijn militaire carrière.
Bestaansproblemen
In juli 1938 raakte hij, na bijna vijf jaren actief te zijn geweest binnen NSFK-Essen, in grote financiële problemen omdat hij door een meerdere als incapabele medewerker terzijde was geschoven. Blumrath werd ‘charakterlicher und leistungsfähiger Minderwertigheid’ verweten. In december 1938 werd hij ontslagen.27
Blumrath raakte werkloos en zijn gezin dreigde in armoede te vervallen. Het deed hem deed denken aan de tijd dat hij als ongewenst persoon Nederland moest verlaten. Een en ander baarde hem grote zorgen. Aan het Gaugericht des Gaues Essen der NSDAP vroeg hij om een onderzoek naar eerherstel. Het onderzoek leverde niet op wat hij had gehoopt: zijn ontslag bleef gehandhaafd.
Als oud-vliegenier, als partijgenoot, als kostwinnaar werd hem door politieke en militaire autoriteiten toegezegd hem in woord en daad te helpen bij het zoeken naar een geschikte in de Duitse (mijnbouw)industrie. Ondanks voortdurende correspondentie met verschillende werkgevers werd er voor Blumrath geen (geschikte) baan gevonden. Zijn strijd voor rehabilitatie zette hij voort net als zijn zoektocht naar werk. Hij bleef brieven schrijven om zijn verdiensten en grieven kenbaar te maken. Zelfs de hogere nazi-leidinggevenden, onder meer General der Flieger Friedrich Christiansen, werden benaderd. Wederom zonder resultaat.28 Blumrath leek het pleit verloren te hebben. Hij leek te zijn ‘afgeschreven’.
Hoe het Blumrath en zijn gezin verder is vergaan heb ik niet kunnen achterhalen.
Conrad Tyfker
Conrad Tyfker29 werd op 2 november 1903 in Nikolskowo (Dld) geboren. Hij werd rechercheur bij de politie in Recklinghausen (Dld). Tegen communisten trad hij keihard op. Tyfker was een getrouwe nazi. Zijn opvattingen brachten hem in conflict met zijn leidinggevende. Tyfker werd ontslagen, raakte werkloos, vertrok naar Nederland, en vestigde zich in Zuid-Limburg.
Limburg
Vanaf 1929 tot 1933 werkte hij als mijnwerker in de mijn Laura te Eygelshoven. In Eygelshoven en omgeving maakte hij NSDAP-propaganda. Tyfker werd achtereenvolgens lid van de socialistische en van de katholieke mijnwerkersbond. Op een gegeven moment werd hij uit de bond gezet. Ook werd hij als mijnwerker ontslagen vanwege zijn ‘ondergrondse’ nationaalsocialistische activiteiten. Hij was inmiddels Kreisführer der NSDAP-Limburg geworden. Als medewerker van het Duitse consulaat te Heerlen verzamelde hij allerlei gegevens over in Limburg wonende en werkende Duitsers.
Nazi-activiteiten30
Tyfker ondernam onder meer acties tegens de Ketteler Verein (Kettelerbund); een organisatie van Duitse katholieke mijnwerkers in Limburg die nauw samenwerkte met katholieke mijnwerkersbond.31 De Kettlerbond moest opgeheven worden. Duitse mijnwerkers moesten hun lidmaatschap van de Ketteler Verein opzeggen en lid worden van de nazi-organisatie ‘Deutsche Kolonie’. Mocht men geen lid worden van laatstgenoemde organisatie dan ontving men, bijvoorbeeld in geval van werkloosheid, geen enkele steun van het Duitse consulaat in Heerlen en verloor men bij terugkeer naar Duitsland alle staatsburgerlijke rechten c.q. was men als ‘lästiger Auslander’ niet meer welkom in Duitsland, aldus Tyfker. Kortom, Duitse katholieken werden gedwongen zich aan te sluiten bij de ‘Deutsche Kolonie’. Intimidatie was Tyfker geenszins vreemd. Vele katholieke Duitsers gingen overstag. Zij konden eenvoudig niet anders. Angst was hun drijfveer.
Alle Duitse verenigingen in Limburg, ook de Bund der Deutschen, moesten zich overigens bij de ‘Deutsche Kolonie’ aansluiten. ‘Gleichschaltung’, een bedekte term voor nazificatie, werd noodzakelijk geacht. Volgens de invloedrijke Limburgse geestelijke Henri Poels, een felle antinazi, had C. Tyfker van het Duitse consulaat in Heerlen een centrum van naziactiviteiten gemaakt. ‘Hier klopt het bruine hart van deze streek’, aldus Poels.32 Poels verfoeide Tyfker. Tyfker noemde de katholieke geestelijken, Poels incluis, geringschattend ‘Schwarzkünstler’ (geestenbezweerders) die hand in hand werkten met de sociaaldemocraten en op elke mogelijke manier Duitsers tegenwerkten.33
Uitzetting
In juli 1933 moest Tyfker evenals Paul Blumrath en andere in Zuid-Limburg actieve nazi-agitatoren Nederland verlaten.34 Hij was tot ongewenst vreemdeling verklaard. Vanuit Aken bleef hij echter zijn nazi-werkzaamheden voortzetten.
‘De Duitscher in het buitenland zal zijn vaderland nooit verliezen; hij zal, ook als de nood hem uit zijn vaderland verdreven heeft, zijn hart voor Duitschland bewaren en juist het hakenkruis is – dat ziet men immers altijd weer opnieuw – in dit opzicht een symbool van de eenheid en van de saamhoorigheid, zooals er geen tweede bestaat’,
…aldus Tyfker tijdens een interview in augustus 1933.35 Tyfker had Martin Patzig, de NSDAP-gouwleider van Amsterdam, als zijn opvolger benoemd. Tyfkers volgelingen moesten zich voortaan tot Patzig wenden.36 Ook Patzig moest uit ons land vertrekken.
Conclusie
Wanneer wij de in of vanuit mijnstad Heerlen opererende, vooroorlogse nazi-activiteiten van de NSDAP-partijgenoten Blumrath en Tyfker in de Limburgse Mijnstreek, met elkaar vergelijken, dan zien wij verschillende overeenkomsten. Zo zijn beide, elkaar kennende nazi-agitators, sterk overtuigde, zich in zekere zin narcistisch gedragende, met drang en dwang handelende nationaalsocialisten, die in Zuid-Limburg gepoogd hebben de daar wonende en werkende Duitsers, vooral Duitse mijnwerkers en hun gezinnen, onder het hakenkruis te verenigen om zodoende de nazificatie van Zuid-Limburg te bevorderen.
~ Marcel Krutzen
Met dank aan dr. Fred Cammaert, historicus en publicist, deskundige op het gebied van de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Limburg, voor het verstrekken van inhoudelijk advies.
Boek: Katholiek Zuid Limburg en het fascisme
Bronnen â–¼
2 – Vellenga, S.Y.A, Katholiek Zuid Limburg en het fascisme. Een onderzoek naar het kiesgedrag van de Limburger in de jaren dertig (Assen 1975).
3 – Het is niet bekend of er ooit een biografie over Paul Blumrath is verschenen.
4 – Zie noot 1
5 – Algemeen Handelsblad, 14-09-1933.
6 – Zie Rijckheyt: https://www.rijckheyt.nl/archief/resultaat?search=Rijckheyt+website&mivast=62&mizig=100&miadt=62&milang=nl&mizk_alle=Blumrath&miview=tbl.
7 – Zie nooit 1
8 – Volgens sommige bronnen zou hij geen mijningenieur, maar mijnopzichter zijn geweest. Zie onder meer:
Algemeen Handelsblad, 14-09-1933.
9 – Zie noot 1
10 – Zie noot 1
11 – Dominee Friedrich Wilhelm Hermann Ahlmeyer van de Evangelische Gemeente Essen-Rellinghausen ging, na 42 dienstjaren, in 1934 met emeritaat. Zie: Essener Anzeiger 15-03-1934.
12 – Limburger Koerier, 12-03-1927.
13 – Limburger Koerier, 10-10-1931
14 – Satzungen des Bundes der Deutschen in Limburg (Heerlen 1928)
15 – Het Vaderland, 07-10-1929.
16 – Algemeen Handelsblad, 14-09-1933.
17 – Zie noot 1.
18 – Algemeen Handelsblad, 14-09-1933.
19 – Algemeen Handelsblad, 14-09-1933. Het Vaderland, 02-02-1933. Limburger Koerier, 11-11-1932.
20 – De Limburger, 18-06-1934. De Limburger, 31-07-1933.
21 – De Vereeniging De Bezem was tussen 1928 en 1932 was een Nederlandse fascistische politieke organisatie. Zij werd op 15 december 1928 te Utrecht opgericht door Hugo Sinclair de Rochemont. De organisatie kwam voort uit het gelijknamige weekblad, dat ongeveer een jaar eerder was opgericht.
22 – Het Volk, 16-06-1933. Leeuwarder Nieuwsblad, 15-06-1933.
23 – Door middel van een doktersattest heeft hij nog geprobeerd uitzetting te voorkomen. Tevergeefs.
24 – Het Volk, 20-07-1933. De locomotief, 15-09-1933.
25 – Bob Moore, Refugees form Nazi Germany in the Netherlands 1933-140 (Dordrecht 1986), 168.
26 – De Nederlandse regering ondervond in de jaren 1933- 1936 voortdurend moeilijkheden met Duitsland op grond van de politieke activiteiten van Duitse nationaalsocialisten die in Nederland gastvrijheid genoten. Dit accepteerde men niet. De vanuit Duitsland geleide actie van de Landesgruppe Niederlande van de NSDAP werd al in 1933 verboden; de leider van de Gruppe, Martin Patzig, verdween; in de zomer werden ook andere Duitse staatsburgers de grens overgezet, onder meer Paul Blumrath. Zie: https://studylibnl.com/doc/1319713/de-duitse-vijfde-colonne-in-de-tweede-wereldoorlog.
27 – Zie noot 1.
28 – Zie noot 1.
29 – Nieuwe Amsterdamsche Courant, 18-07-1933.
30 – Freie Presse, Wochenblatt für geistige und politische Freiheit, 15-07-1933.
31 – Wilhelm Emanuel, Freiherr von Ketteler (1811-1877) was een Duitse rooms-katholieke geestelijke. In 1844 werd hij tot priester gewijd en in 1850 tot bisschop van Mainz. Von Ketteler was een van de leidende figuren van het Duitse katholicisme in de 19de eeuw. Zijn denkbeelden leidden in 1868 tot oprichting van de Christlich-Soziale Partei. Met zijn sociale ideeën werd Ketteler een van de pioniers van de christelijke sociale hervorming.
32 – Peel en Maas, 15-07-1933.
33 – Het Volk, 27-07-1933.
34 – De Standaard, 20-07-1933.
35 – Bataviaasch Nieuwsblad, 10-08-1933.
36 – De Tribune, 20-10-1933.