Na de ondertekening van het vredesverdrag van Versailles ontstaan er grensconflicten in de Balkan waar de Volkenbond mee geconfronteerd wordt. Het eerste, een conflict tussen Albanië en Griekenland dat uitmondt in de Korfoe-kwestie, luidt een lange reeks van confrontaties in tussen de Italiaanse dictator Benito Mussolini en de voorzichtig opererende Volkenbond. In het andere grensconflict tussen Griekenland en Bulgarije boekt de Volkenbond een bescheiden succes.
Een moord aan de grens van Albanië en Griekenland
In 1921 krijgt de Ambassadeursconferentie, ingesteld door de vijf geallieerden om zwaarwegende conflicten tussen landen op te lossen die zij eigenlijk niet aan de Volkenbond toevertrouwen, het verzoek van Griekenland om een precieze afbakening te maken van de grens met Albanië. Een afbakening waarover sinds het ontstaan van Albanië in 1913 onduidelijkheid bestaat. Om de nieuw vastgestelde grens te markeren reist er op last van de Volkenbond een commissie af naar het gebied onder leiding van generaal Enrico Tellini, maar de Grieken hebben geen vertrouwen in deze Italiaan die in augustus 1923 wordt neergeschoten op Grieks grondgebied. Dat lot treft ook drie van zijn assistenten waaronder een Albanese tolk. Griekenland en Albanië geven elkaar de schuld van het incident.
Het is nooit achterhaald wat er precies is gebeurd, of het een uit de hand gelopen verkeersruzie was, of dat de toen al aan de macht zijnde Mussolini ertoe opdracht heeft gegeven om een excuus te hebben Griekenland militair een hak te zetten. Hoe dan ook, Mussolini onderneemt onmiddellijk actie als het nieuws over de moordpartij hem bereikt. Hij eist van de Grieken dat zij de daders arresteren en executeren en een schadevergoeding van vijftig miljoen lire. Ook eist hij dat Frankrijk en Engeland hun steun betuigen aan Italië. Het zijn buitensporige eisen en Griekenland moet binnen vierentwintig uur reageren, hetgeen niet gebeurt. Mussolini slaat keihard toe met een bombardement op Korfoe en de bezetting van het eiland.
Korfoe en de grote mogendheden
In eerste instantie wenden de Grieken zich tot de Volkenbond die te maken krijgt met een netelig probleem. De kleine landen stellen zich op achter Griekenland en beschouwen de actie van Mussolini als een flagrante schending ven het Handvest. De Duce zet extra druk op de ketel door te dreigen de Volkenbond vaarwel te zeggen als de Raad zijn voorstel verwerpt. Plotseling is de Korfoe-kwestie onderdeel van een belangenstrijd tussen de grote mogendheden die vooral denken aan hun eigen belangen. Frankrijk zet de toon en onthoudt zijn steun aan het Handvest. Waarom? In de eerste plaats ziet de Franse premier Poincaré de Volkenbond primair als een organisatie die zijn belangen kan dienen en niet als vervanger van de oude balance-of-power in de Europese machtsstructuur. Ten tweede is hij bang dat door afstand te nemen van Mussolini, Frankrijk steun kan verliezen voor zijn bezetting van het Ruhrgebied waartoe het is overgegaan in 1923 als de herstelbetalingen die Duitsland zijn opgelegd achterblijven. Als laatste vreest Poincaré voor de val van de Mussolini en de komst van een links kabinet in Italië. De Britten leggen minder schuwheid aan de dag voor Mussolini en steunen het Handvest, waarmee deze mogendheden lijnrecht tegenover elkaar komen te staan.
Helaas voor de Grieken gooien zij hun eigen ruiten in door zich ook te wenden tot de Ambassadeursconferentie, want zowel de Fransen als de Italianen realiseren zich dat daarmee de Volkenbond buiten spel kan worden gezet. Met het argument dat Tellini een vertegenwoordiger is van de Conferentie neemt Frankrijk het voortouw en weet de Britten ertoe te bewegen een draai te maken. De vrees voor een permanent dwarsliggen van de Italianen in de Volkenbond weegt zwaarder dan het principe van het Handvest. Frankrijk en Engeland bewegen de Raad tot het doen van een voorstel aan de Ambassadeursconferentie waarmee de kool en de geit gespaard worden. Griekenland betaalt een schadeloosstelling aan Italië dat in ruil daarvoor zijn troepen terugtrekt uit Korfoe. Daarmee geeft de Volkenbond zijn jurisdictie over deze affaire af aan de Ambassadeursconferentie en daarvan is Secretaris-Generaal Eric Drummond zich terdege bewust. Deze kwestie toont eens temeer aan hoezeer het prestige van de Volkenbond aan een zijden draadje hangt wanneer de grote mogendheden hun eigen belangen laten prevaleren boven die van het Handvest.
De Volkenbond bezweert een nieuw conflict in de Balkan
Vlak voordat vijf grote mogendheden zich opmaken om het verdrag van Locarno te tekenen, waarmee de westgrens van Duitsland definitief wordt vastgesteld, laait er in de herfst van 1925 een felle ruzie op tussen Griekenland en Bulgarije, kemphanen uit de tweede Balkanoorlog. In Locarno zit men uiteraard niet te wachten op een nieuw conflict op de Balkan, juist nu sprake is van toenadering tussen Frankrijk en Duitsland. Het gaat om een uit de hand gelopen ruzie tussen Griekse en Bulgaarse grenswachten die de gewoonte hebben een potje met elkaar te kaarten of te voetballen. Op 19 oktober loopt een kaartspelletje uit op ruzie. Gevolg is dat twee Griekse soldaten omkomen in een vuurgevecht. Wat er precies gebeurd is blijft onduidelijk, maar feit is wel dat drie dagen later Griekse eenheden over een front van dertig kilometer zijn doorgedrongen op Bulgaarse bodem. De Bulgaren, verzwakt als zij zijn door de gedwongen ontwapening na de Eerste Wereldoorlog, kiezen eieren voor hun geld en leggen de kwestie voor aan de Volkenbond.
Het zijn de Britse minister van Buitenlandse Zaken, Austen Chamberlain en zijn Franse ambtgenoot Aristide Briand die ervoor zorgen dat de Raad van de Volkenbond zijn tanden zet in dit geschil. Zelfs Mussolini geeft zijn steun en dat betekent dat er een stevige basis ligt voor een oplossing conform de bepalingen in het Handvest. Om de Grieken duidelijk te maken dat het menens is laten de Britten weten dat hun vloot klaar ligt om in te grijpen wanneer zij dwars liggen. Er is geen sprake van inmenging van derden zoals bij de Korfoe crisis, het is aan de Volkenbond om beide partijen tot rede te brengen.
Op 28 oktober beloven de Grieken zich te zullen terugtrekken en staan toe dat er een commissie onder leiding van een Britse diplomaat het gebied bezoekt om ter plekke vast te stellen hoe de vork in de steel zit om daarna met een voorstel te komen. Met de vaststelling dat Griekenland het Handvest heeft geschonden – een internationaal misdrijf – en de bepaling dat het land aan de Bulgaren een schadevergoeding moet betalen van 45.000 pond is de zaak afgedaan. Het is een klein bedrag en eigenlijk een gebeurtenis van weinig importantie, maar toch een opsteker voor de Volkenbond na de pijnlijke afgang in de kwestie Korfoe.
Ook interessant: De moeizame start van de Volkenbond
…of: Autonome Republiekjes