Recent zijn drie Azteken-codices gevonden. U moet daarbij niet denken aan de codices uit de Europese Middeleeuwen, want Azteken-codices zijn niet geschreven op perkament maar op berkenhout bestreken met een laagje gips. Voor zover ik weet bestaan de Mexicaanse codices ook uit één tekst, geschreven in pictogrammen. Dat is anders dan de Europese codices, die vaak diverse teksten bevatten en die alfabetisch zijn geschreven. En nog een verschil: de Azteken-codices zijn jonger. Ze zijn vervaardigd toen men in Europa boeken van papier was gaan drukken.
Pictogrammen
De naam codex mag dan wat ongelukkig zijn, de Azteken-codices bieden wel heel belangrijke informatie. Ze hebben andere perspectieven dan de teksten van de Europese veroveraars, zoals de brieven van Hernán Cortés en de latere Spaanse kronieken. In combinatie met de archeologische vondsten én de informatie die de afstammelingen van de Azteken mondeling hebben doorgegeven, vertellen de codices enkele eigen verhalen van de precolumbiaanse inwoners van Amerika.
De Maya’s, die leefden in het oosten van het huidige Mexico, hadden een als hiëroglyfen getekend lettergrepenschrift. Daarnaast bestond er een traditie om te schrijven met icoontjes, waarbij elk plaatje dus een heel woord weergaf. Dat lijkt complex maar had het voordeel dat dezelfde boodschap viel te lezen in diverse talen. We vinden deze iconen-schriften bij de bewoners van de vallei van Mexico, en dus ook bij de Azteken.
Verbrande en bewaarde codices
Er moeten duizenden codices zijn geweest, maar er waren er tot voor kort – als ik het goed begrijp – tachtig. En nu dus drieëntachtig. Van vijftien daarvan is geopperd dat ze dateren van vóór de komst van de Spanjaarden in 1519, maar hierover is discussie. Voor de vernietiging van de andere codices wijst men vaak naar christelijke priesters, en niet ten onrechte, maar dat is niet het hele verhaal. Al in de vijftiende eeuw gelastte de vernieuwer Tlacaelel de verbranding van codices, aangezien die vol zouden staan met verkeerde visies op het mythische verleden.
Wat we desondanks over hebben, behoort tot twee genres: enerzijds de historische teksten (zoals de Codex Aubin) en anderzijds de religieuze teksten (zoals de Codex Yohualli Ehecatl, het “boek van nacht en wind”).
Sommige van deze boeken zijn door de conquistadores als curiosum meegenomen naar Europa en kwamen daar in handen van verzamelaars die er evenmin iets van begrepen. De Codex Yohualli Ehecatl is bijvoorbeeld lange tijd vernoemd geweest naar een kardinaal Borgia. Zoiets invisibiliseerde het eigenlijke karakter van de Aztekencultuur, vandaar dat we inmiddels andere namen gebruiken.
De Codices van San Andrés Tetepilco
Vorige week, zo lees ik, zijn er dus drie codices bij gekomen die nu bekendstaan als de Codices van San Andrés Tetepilco (een wijk van Mexico-stad). Ze zijn door de Mexicaanse regering overgenomen van mensen die geen artistieke collectie hadden maar wel het aloude erfgoed van de inheemse bewoners bewaarden. De codices zijn gemaakt ná 1519, zoals de meeste. De recente datering hoeft aan hun waarde niet af te doen, want de jongere codices bevatten vaak in het Spaans gestelde uitleg. Dat maakt ze ideale sleutels tot het begrip van de Aztekencultuur.
Eén van de drie nieuwe codices biedt een inventaris van de kerk van San Andrés Tetepilco en documenteert dus hoe de Azteken aankeken tegen het christendom. Zoals hierboven te zien zijn het vooral plaatjes van voorwerpen. Het tweede manuscript vertelt hoe Tetepilco is ontstaan en vermeldt ook andere plaatsen aan de zuidkant van het grote meer waarin Tenochtitlan was gebouwd. De uitleg is in het Spaans.
De derde codex, hieronder, is een pictografische geschiedenis van Tenochtitlan, vanaf het ontstaan tot het jaar 1603. Een leuk detail is dat Cortés is afgebeeld in een Romeins harnas. Hier nemen de Azteken dus een vorm over die de Spanjaarden zich hadden toegeëigend van de Romeinen, die het weer hadden van de Grieken. Sprekend over culturele appropriatie.