De brief werd in de nacht van zondag 14 april 1912 geschreven door Esther Hart en haar zeven jaar oude dochter Eva. Ze overleefden de ramp, maar van echtgenoot en vader Benjamin werd nooit meer iets vernomen. In de brief schreven moeder en dochter dat de reis voorspoedig verloopt maar dat er wel veel wind staat en het behoorlijk koud is. Esther Hart schreef in de brief, die gericht is aan haar moeder, verder dat ze zich een dag eerder vrij slecht voelde, maar dat het inmiddels alweer wat beter gaat.
Vanwege de ramp werd de brief nooit verstuurd. Esther Hart hield het stuk papier jarenlang bij zich, als herinnering aan de ramp en het overlijden van haar man. Zo’n twintig jaar geleden werd de brief gekocht door een verzamelaar. Zaterdag werd het bijzondere stuk geveild door veilinghuis Henry Aldridge & Son. Verwacht werd dat de brief zo’n 120.000 euro op zou brengen. Een onbekende koper bleek echter bereid er 144.000 euro voor neer te leggen.
