Het Brusselse Hof van Nassau

Stadspaleis van de graven van Nassau op de Koudenberg
3 minuten leestijd
Hof van Nassau - Zicht op de noordoostzijde
Hof van Nassau - Zicht op de noordoostzijde

Ongeveer halverwege de veertiende eeuw gaf een zekere Willem van Duivenvoorde (ca. 1290-1353), kamerling van graaf Willem III van Holland, de opdracht om aan het huidige Museumplein te Brussel een stadspaleis op te richten. Begin vijftiende eeuw kwam zijn residentie in handen van de graven van Nassau die het in de daarop volgende decennia uitgebreid lieten verbouwen. Mede door de opeenvolgende bewoners is het Hof van Nassau nauw verbonden met de geschiedenis van de stad.

Het Hof onder Hendrik III van Nassau en Willem van Oranje

Hendrik III (1483-1538), graaf van Nassau, heer van Breda en Asse, stadhouder van Holland en Zeeland zou zijn stempel drukken op de verdere geschiedenis van het stadspaleis. Zo liet hij begin zestiende eeuw het paleis door de Brusselse hofarchitect Lodewyck van Bodeghem (ca. 1470-1540) grondig renoveren waardoor het al snel uitgroeide tot het geliefkoosde trefpunt van vorsten en edellieden. Na de dood van Hendrik III werd Willem van Oranje (1533-1584) de nieuwe eigenaar van het Hof. Niet voor lang echter, want door zijn betrokkenheid bij de opstand tegen Filips II van Spanje diende hij Brussel te ontvluchten en werden zijn bezittingen in de Zuidelijke Nederlanden verbeurd verklaard waarna. De hertog van Alva nam daarna zijn intrek in het paleis.

Guilliam van Schoor (landschap) en Gillis van Tilborgh (figuren). Het Paleis van Nassau te Brussel. 1658. Brussel, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België.
Guilliam van Schoor (landschap) en Gillis van Tilborgh (figuren). Het Paleis van Nassau te Brussel. 1658. Brussel, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België.
Zicht vanuit de Ruisbroekstraat (F.J. Derons, 1759) - wiki
Zicht vanuit de Ruisbroekstraat (F.J. Derons, 1759) – wiki

Het Hof van Nassau in latere eeuwen

Begin zeventiende eeuw kreeg Filips Willem (1554-1618), de oudste zoon van Willem van Oranje, het voorouderlijk stadspaleis weer in bezit. Fe jaren hierna resideerden op het domein de opeenvolgende militaire bevelhebbers en gouverneurs-generaal van de Spaanse kroon. Met de Vrede van Utrecht kwamen in 1715 de Zuidelijke Nederlanden onder toezicht van de Oostenrijkse Habsburgers en brak een nieuw tijdperk aan.

Toen op drie februari 1731 een hevige brand het nabijgelegen hertogelijk paleis op de Coudenberg vrijwel volledig verwoestte, besloot de heersende landvoogdes van onze gewesten, Maria van Oostenrijk (1680-1741), om samen met haar hofhouding het voormalige paleis van de graven van Nassau te betrekken.

Karel van Lotharingen (1712-1780)
Karel van Lotharingen (1712-1780)
Medio achttiende eeuw kreeg het pand alweer een andere bewoner. Ditmaal Karel van Lotharingen (1712-1780), die door keizerin Maria-Theresia van Oostenrijk als landvoogd van onze contreien was benoemd. Blijkbaar beviel het paleis hem niet zozeer, want rond 1757 liet hij het voormalig Hof van Nassau, op de kapel na, volledig slopen om er een nieuwe residentie te bouwen. De werken die uiteindelijk meer dan twintig jaar in beslag zouden nemen, werden eerst geleid door de Brusselse architect Jean Faulte (1726-1766) en na diens dood door Laurent-Benoit Dewez (1731-1812), die het nieuwe paleis verder afwerkte met prachtig gestileerde festoenen, putti en allegorische ornamenten waardoor het geheel nog steeds een uitzonderlijk voorbeeld vormt van de toen gangbare Lodewijk XVI-stijl. Uit ongeveer diezelfde periode dateert eveneens het bijzonder imposante witmarmeren beeld van Hercules dat in de rotonde de voet van de monumentale trappartij siert van het nieuwe stadspaleis. De sculptuur is een werk van de bekende Gentse beeldhouwer Laurent Delvaux (1696-1778). Heden ten dage doet de residentie van wijlen Karel van Lotharingen dienst als museum. In de vijf voor het publiek opengestelde zalen kunnen de bezoekers aan de hand van schilderijen, porseleinen tafelservies, goud- en zilversmeedwerk samen met de meest uiteenlopende gebruiksvoorwerpen de sfeer ontdekken van de Oostenrijkse Nederlanden tijdens de achttiende eeuw.

Paleis van Karel van Lotharingen in Brussel - cc
Paleis van Karel van Lotharingen in Brussel – cc

De Nassaukapel

De laat vijftiende-eeuwse kapel, opgetrokken in een typische Brabantse gotische stijl en gewijd aan de heilige Sint-Joris, is het enige deel van het oorspronkelijk Hof van Nassau dat bewaard is gebleven.

De hofkapel, nu geïntegreerd in de Albertina (cc)
De hofkapel, nu geïntegreerd in de Albertina (cc)
In de negentiende eeuw werd de vroegere hofkapel gebruikt als opslagplaats en op een bepaald moment zelf als biermagazijn. Inmiddels is de kapel ingebed binnen de gebouwen van de Koninklijke Nationale Bibliotheek van België of Albertina, gelegen aan de Kunstberg. Vanuit het omringend park kan men op een insprong van de bibliotheekgevel een bas-reliëf waarnemen van de beeldhouwer Georges Dobbels (1910-1988) die, naast Sint-Joris in gevecht met de draak, het vroegere uitzicht van het Hof van Nassau voorstelt. De voormalige kapel die nu alleen nog te betreden valt via de Albertinabibliotheek doet sinds enkele decennia dienst als ruimte voor tijdelijke tentoonstellingen en vernissages.

Overzicht van bezienswaardigheden in Brussel
Boek: Brussel, geschiedenis van een Brabantse stad

Gepassioneerd door vreemde culturen en de geschiedenis van het vroege neolithicum tot aan onze moderne tijden schreef Rudi Schrever verscheidene jaren op regelmatige basis artikelen voor Historiek.net en andere gespecialiseerde vakbladen.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×