De Nederlandse staat is aansprakelijk voor de dood van drie moslimmannen in Srebrenica in 1995. De Hoge Raad heeft dat vrijdag bepaald.
De Nederlandse staat besloot een jaar geleden in cassatie te gaan tegen een uitspraak van de Haagse rechtbank die bepaalde dat Nederland aansprakelijk moest worden gesteld voor de dood van drie mannen in Srebrenica. De staat vond dat de verantwoordelijkheid bij de Verenigde Naties (VN) lag.
Drie mannen
De Nederlandse staat werd gedaagd door Hasan Nuhanovic en de nabestaanden van Rizo Mustafic die in 1995 als elektricien bij Dutchbat werkte. Hasan Nuhanovic werkte in 1995 als tolk op de enclave Srebrenica en verloor zijn broer en ouders nadat deze van de VN-basis waren geweerd. Rizo Mustafic werkte achttien maanden lang op de enclave als elektricien maar werd toen van de basis gezet. Van hem is hierna nooit meer iets vernomen.
Hasan Nuhanovic en de nabestaanden van elektricien Rizo Mustafic procedeerden al sinds 2002 tegen de Nederlandse Staat. Ze stelden de Nederlandse staat aansprakelijk voor de dood van de drie mannen.
Immuniteit van de VN
In 2008 oordeelde de rechtbank in Den Haag nog dat de Nederlandse staat niet verantwoordelijk was voor de handelingen van Nederlandse blauwhelmen in 1995 in Srebrenica. Gesteld werd toen dat de acties van Dutchbat alleen toegerekend konden worden aan de VN, de organisatie waarvoor Nederland destijds de missie in Bosnië uitvoerde. De VN is vanwege haar immuniteit echter niet te vervolgen.
In de zomer van 2011 bepaalde het gerechtshof in Den Haag in hoger beroep dat de Nederlandse staat toch aansprakelijk kan worden gesteld. De Hoge Raad heeft dit nu bevestigd. De Hoge Raad, het hoogste rechtsorgaan van ons land, heeft bepaald dat Nederland aansprakelijk moet worden gesteld voor de dood van de drie mannen. Hun nabestaanden moeten schadeloos gesteld worden.
