Het zestiende-eeuwse meesterwerk Laatste Oordeel (1526-27) van Lucas van Leyden, is vanaf eind augustus twee jaar lang te zien in de Eregalerij van het Rijksmuseum. Het museum spreekt van ‘de Nachtwacht van de 16de eeuw’. Normaal gesproken is het werk te zien in De Lakenhal in Leiden.
Het schilderij laat zien hoe de doden op de Dag des Oordeels opstaan uit hun graven om hun lotsbestemming te bereiken. Ze worden meegevoerd door lieflijke engelen of door duivelse figuren. Het drieluik is het topstuk van Museum De Lakenhal in Leiden, waar het nog tot 19 augustus te zien zal zijn. Daarna verhuist het naar het Rijksmuseum vanwege de restauratie en uitbreiding van Museum de Lakenhal.
Wegbereider van de Renaissance
Lucas van Leyden wordt beschouwd als de wegbereider van de Renaissance in de Noordelijke Nederlanden. Al vroeg werd hij in heel Europa gezien als wonderkind vanwege zijn etsen en tekeningen. Het Rijksmuseum:
“Als tekenaar, graficus en schilder was hij een belangrijke inspiratiebron voor vele generaties schilders, waaronder Rembrandt van Rijn. Rembrandt bracht zijn jeugdjaren door in Leiden en zette er zijn eerste stappen in het schildersvak. Vanaf eind zestiende eeuw tot de verhuizing naar Museum De Lakenhal in 1874, was het Laatste Oordeel onafgebroken te zien in het Leidse stadhuis. Daar moet Rembrandt het zeker hebben gezien.”
Het Rijksmuseum heeft het altaarstuk opgenomen in het educatieve programma met onder andere een speciale ‘inzoomer’ en als onderdeel van de multimediatour. Daarnaast biedt het Rijksmuseum alle basisscholen in Leiden gratis vervoer naar Amsterdam.