Wie in de Eerste Wereldoorlog niet de Franse nationaliteit had maar wel het Franse grondgebied wilde verdedigen, kon zich aansluiten bij het vreemdelingenlegioen. De Nederlands-Indische Arthur Knaap koos hier voor. Vanuit de loopgraven stuurde hij geregeld brieven naar zijn familie. Een deel van die brieven is gebundeld in het onlangs verschenen boek Patria.
Het verhaal van Arthur Knaap is recent verfilmd, onder dezelfde titel als het boek. Het gaat volgens de makers om de eerste Nederlandse speelfilm over de Eerste Wereldoorlog.
De in Patria gebundelde brieven van de jonge legionair zijn bijeengebracht en van commentaar voorzien door journalist Jorge Groen. Ze zijn waardevol omdat ze de lezer in staat stellen de loopgravenoorlog in Noord-Frankrijk door de ogen van een Nederlander te bekijken.
Arthur Knaap beschouwt Frankrijk als zijn tweede vaderland. Zijn vader, kunstcriticus Otto Knaap, reist rond 1907 naar het land en vindt werk en huisvesting in Parijs. Als de oorlog uitbreekt spreekt Arthur vloeiend Frans en wil hij – zoals zoveel jongeren om hem heen – iets doen voor wat hij als zijn vaderland (Patria) is gaan beschouwen. Omdat hij niet de Franse nationaliteit heeft, ziet hij zich genoodzaakt toe te treden tot het vreemdelingenlegioen. De rest van zijn familie is, op zijn zus Wilma na, inmiddels teruggekeerd naar Nederland en besluit daar te blijven. Arthur blijft in Frankrijk:
Ik vind het niet meer dan billijk, dat een Knaap zich opoffert, als het nodig is, voor Frankrijk, waar wij zoveel gastvrijheid hebben genoten. Ik ben niet bang voor de dood. Ik ben wel zeer voorzichtig, maar als het zover moet komen, zal ik tonen dat wij, Indische jongens, eveneens de dood niet achten. (13)
Net als zijn vader heeft Arthur literaire aspiraties en dat is in zijn brieven soms duidelijk te merken. In sommige brieven probeert hij de lezer, soms wellicht op het overdrevene af, te laten zien dat in hem niet alleen​ een​ goed soldaat, maar ook een bekwaam schrijver schuilt. Al tijdens de oorlog worden enkele van zijn brieven gepubliceerd in het literaire tijdschrift De Nieuwe Gids.
Hoewel zijn ouders als de dood zijn dat hun zoon iets overkomt, ontziet Arthur hen in zijn brieven niet. Hij probeert zijn ouders wel gerust te stellen maar tegelijkertijd schrijft hij openlijk over kameraden die sneuvelen en kogels en granaten die hem letterlijk om de oren vliegen.
Arthur Knaap hoopt zich aan het front te onderscheiden en als held terug te keren. Hij mag zijn moed onder meer aan de Champagne en de Somme bewijzen. Twee keer wordt hij onderscheiden met het prestigieuze Croiz de Guerre. Als het jaar 1915 ten einde loopt is het oorlogsenthousiasme bij Arthur echter allang verdwenen. In een van zijn brieven schrijft hij zelfs spijt te hebben van zijn aanmelding.
Aangrijpend is de brief die de Nederlander halverwege april 1916 naar zijn vriendin Mies stuurt. Over het oorlogsgeweld schrijft hij dan onder meer het volgende:
Niets werkt sterker op de hersens dan het kanon en hevigste mitrailleurvuur heeft niet dezelfde invloed op het moraal als een langdurige marmitage (hevig bombardement). Dat is trouwens de grootste factor in de aanvallen. De gebombardeerde partij is of wel vernietigd of wel zo geschokt, dat er verscheidene minuten nodig zijn haar weer het volle verstand terug te geven, zodat de vijand alle tijd heeft om uit de loopgraven te springen en te rennen… En dan, wanneer men elkander ontmoet, de bajonetten schitterend in het licht, de ogen glinsterend van haat en moordzucht, gaat er in den chaos een gehuil op, zoals de oren van een koelbloedig wezen niet zouden kunnen aanhoren zonder in elkander te krimpen. Het wordt vloeken, steken en steken, vloeken en huilen om moeder en rochelen. Gelukkig hoort men bijna niets, zo is men bezig voor zichzelf; en zo groot is het instinct van zelfbehoud. En dan, later, is men verwonderd en verrast zich levend te vinden, zonder steek noch stoot, de bajonet en de kolf vaak druipend van bloed, zonder hoofddeksel soms, en de kapot (lange soldatenjas) in flarden gescheurd.
Patria bevat ook enkele brieven van Arthurs zus Wilma, die tijdens de oorlog in Parijs verblijft. Het boek sluit af met een kort hoofdstuk waarin Jorge Groen vertelt hoe het Arthur Knaap na de oorlog verging. Als de kanonnen zwijgen is Arthur stateloos geworden. Zijn Nederlandse paspoort is hem afgenomen omdat hij in vreemde krijgsdienst trad. Het leed is daarmee niet geleden. Als gevolg van gifgas dat hij tijdens de oorlog inademde, sterft Arthur in 1938 aan de gevolgen van een longziekte.
Boek: Patria – De oorlogsbrieven van legionair Arthur Knaap
Lees ook: ‘Patria’, een Nederlandse speelfilm over de Eerste Wereldoorlog