Het oorlogsjaar 1918

Een dramatisch jaar uit de Eerste Wereldoorlog
4 minuten leestijd
Demonstratie van matrozen in Wilhelmshaven in Kiel, 10 november 1918 (Bundesarchiv)
Demonstratie van matrozen in Wilhelmshaven in Kiel, 10 november 1918 (Bundesarchiv)

In de bundel Het dramatische jaar 1918 (Aspekt, 2018) presenteren Henk van der Linden en Perry Pierik een mooie verzameling artikelen over het oorlogsjaar 1918. De bijdragen laten goed zien hoe in dit laatste jaar van de Eerste Wereldoorlog het tij keerde. Tot april 1918 leek Duitsland nog aan de winnende hand, maar daarna trokken de geallieerden het initiatief naar zich toe en werd er een wapenstilstand gesloten.

Inhoud bundel

Douglas Haig, de Britse opperbevelhebber aan het westelijk front
Douglas Haig, de Britse opperbevelhebber aan het westelijk front
De bundel bestaat uit een verzameling van eerder gepubliceerde artikelen via de Stichting Studiecentrum Eerste Wereldoorlog (SSEW) en komen uit onder meer de reeks De Grote Oorlog. Kroniek 1914-1918 en uit bundels als Rotterdam en de Eerste Wereldoorlog en Gelderland en de Eerste Wereldoorlog.

De twintig artikelen in Het dramatisch jar 1918 behandelen allerlei gebeurtenissen die in het oorlogsjaar 1918 plaatsvonden. Zoals de Duitse offensieven in dat jaar, de Duitse aanval op Parijs, Duitse vluchtelingen in Gelderland, de Harskamp-opstand van 1918, de vergissing van Troelstra en de ineenstorting van het Duitse keizerrijk. Andere thema’s zijn de vlucht van keizer Wilhelm II naar Doorn, muiterij in en zelfvernietiging van de Duitse marine en de uitruil van Britse en Duitse krijgsgevangenen in Rotterdam.

De Britse opperbevelhebber Douglas Haig schreef op 11 april 1918 nog dat zijn troepen met de rug tegen de muur stonden en door de Duitsers vernietigd dreigden te worden. Maar in de maanden hierna keerde het tij.

In de inleiding beschrijven de redacteuren deze omslag als volgt:

“Uiteindelijk keren de kansen wanneer blijkt dat de initiële successen van Duitsland niet strategisch van aard zijn en wanneer blijkt dat Duitsland zijn laatste reserves heeft ingezet. Bovendien neemt de Verenigde Staten voor het eerst volop aan de strijd deel. Daarmee wordt een haast onuitputtelijk reservoir aan mensen maar vooral ook aan productiecapaciteit, toegevoegd aan de zijde van met name Groot-Brittannië en Frankrijk. De onvrede van de burgers van Duitsland leidt tot een bijna-revolutie. Aanstichter daarvan is de marine die een muiterij begint in Kiel.” (p.10)

Een half jaar na de wanhoopskreet van de Britse generaal Douglas Haig dat zijn troepen ten onder dreigden te gaan, zwegen op 11 november 1918 om 11.00 uur de wapens. De Eerste Wereldoorlog was ten einde gekomen en leidde tot het voor Duitsland vernederende Verdrag van Versailles (1919), waarna het land als Weimarrepubliek een nieuwe democratische start probeerde te maken. Zoals bekend liep dit democratische experiment uit op de machtsovername door Adolf Hitler in 1933.

De bundel bevat tal van lezenswaardige artikelen, waarvan ik er één kort uitlicht. Te weten: ‘De Harskamp-opstand van 1918 in breder perspectief’ door Jeannette Pors.

Ondertekening van de wapenstilstand door Pillard, 1918
Ondertekening van de wapenstilstand door Pillard, 1918

Harskamp-muiterij in het oorlogsjaar 1918: muiterij of niet?

Op vrijdag 25 en zaterdag 26 oktober braken er in het legerkamp De Harskamp relletjes uit, die later de ‘Harskamp-muiterij’ zijn gaan heten. Wat er precies gebeurde en of het eigenlijk wel om een muiterij ging, behandelt Jeanette Pors in een grondig artikel over deze kwestie.

Ruim 200.000 Nederlandse militairen waren vier jaar lang gemobiliseerd, maar Nederland bleef in de Eerste Wereldoorlog neutraal. Een belangrijke aanleiding voor de relletjes was het intrekken van de verloven van alle gemobiliseerde soldaten op 22 oktober 1918, vanwege de dreiging van grondgebiedschending door terugtrekkende Duitse troepen. Hoewel generaal C.J. Snijders kort daarna bij de regering aangaf dat de intrekking onnodig was, handhaafde de Nederlandse overheid tóch de algehele intrekking van het militaire verlof. Pors vervolgt:

“Daar kwam nog bij dat het overgrote deel van de militairen de mobilisatie zat was. In de hele Nederlandse samenleving overheerste mobilisatiemoeheid.” (p.278)

De Harskamp in 1899
De Harskamp in 1899

Wat gebeurde er precies in De Harskamp? Het begon op vrijdagavond met het ‘baldadig zingen in groepen’, wat uitliep op het gooien van stenen en bekogelen van barakken. Hierbij raakte een officier gewond. Later ging de kantine in de fik en brandden enkel barakken af, waarbij paniek ontstond doordat allerlei munitie de lucht inging. Hierop ontvluchtten tal van soldaten en leidinggevenden het kamp. Op zondag 27 oktober 1918 was de rust weer teruggekeerd.

Na de Harskamp-muiterij, zoals het incident genoemd werd, deden de autoriteiten een onderzoek naar het gebeuren. Het feit dat er na Harskamp ook relletjes uitbraken in onder meer kampen in Amersfoort, Zwolle en Den Bosch, duidde erop dat er meer aan de hand was dan een lokaal incident. Het rapport wees allerlei oorzaken aan die aan de muiterij ten grondslag lagen, zoals beperkte voedselvoorziening en karige rantsoenen. Een parlementair onderzoek volgde, want het rapport voldeed niet aan de wensen van de regering. Hieruit bleek dat mobilisatiemoeheid de hoofdverklaring was, maar tal van andere factoren de Harskamp-muiterij en relletjes elders hadden veroorzaakt: naast voedselschaarste ook de slechts opleiding van Nederlandse officieren, hun terughoudende opstelling tijdens de relletjes en het gebrek aan discipline in het leger.

Het dramatische jaar 1918
Het dramatische jaar 1918
Pors eindigt haar mooie bijdrage met de vraag of de Harskamp-muiterij wel echt een muiterij was. Het antwoord op deze vraag is complex. Volgens het Wetboek van Militair Strafrecht (1921) is er bij muiterij sprake van georganiseerde insubordinatie (ongehoorzaamheid). In deze zin was de Harskamp-opstand geen echte muiterij, omdat deze spontaan ontstond. Het zijn, zo concludeert Pors, vooral de omstandigheden geweest die verklaren waarom er door overheid en media over de ‘Harskamp-muiterij’ gesproken werd:

“Zoals uit het woordenboek van 1914 blijkt betekende het woord ‘muiten’ toen zoveel als morrend ontevredenheid tonen op oproerig worden. Dit is wat de Harskampbewoners deden. Ze uitten hun ontevredenheid over de gang van zaken in het kamp en deden dat op een chaos-scheppende wijze. Met deze taalkundige definitie is het te verklaren waarom de krantenkoppen spraken van muiterij terwijl volgens het wetboek geen sprake was van deze misdaad.” (p.296)

Boek: Het dramatische jaar 1918 – Henk van der Linden en Perry Pierik (red.)

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

0
Reageren?x
×