Paus wiens pontificaat liep van 1159 tot 1181.
Paus Alexander III werd rond het begin van de twaalde eeuw geboren in Siena. In 1150 werd hij kardinaal en in 1153 kanselier van de Romeinse kerk en raadgever van paus Adrianus IV, de paus die hij zou opvolgen.
Na de dood van paus Adrianus IV werd Alexander door een meerderheid van anti-imperialisten gekozen tot diens opvolger. Keizer Frederik I van het Heilige Roomse Rijk (Frederik I van Hohenstaufen) had Octaviano de Monticelli als kandidaat naar voren geschoven, maar slechts een minderheid koos voor deze kandidaat. Na de benoeming van paus Alexander III werd Octaviano de Monticelli tegenpaus. Dit onder de naam Victor IV. Deze tegenpaus wist Rome in handen te krijgen waardoor Alexander III vluchtte naar Frankrijk. Victor IV werd in een groot deel van het rijk echter niet erkend als tegenpaus terwijl Alexander III gesteund werd de meeste Europese vorsten.
Keizer Frederik I trok in 1174 naar de stad Alessandria (vernoemd naar de paus). Het beleg mislukte en tijdens de Slag bij Legnano werden de troepen van de keizer verslagen. Drie jaar later (1176) verzoenden de keizer en paus Alexander III zich met elkaar tijdens de Vrede van Venetië. De keizer steunde de tegenpausen hierop niet langer.
Paus Alexander III stond bekend als een goed diplomaat. Gedurende zijn pontificaat steunde hij nieuwe kloosterbewegingen, met name de kloosterorde der Cisterciënzers.
Vanwege onrust in Rome, onder meer vanwege tegenpaus Innocentius III, zag Alexander zich in 1179 genoodzaakt Rome te verlaten. Hij overleed op 30 augustus 1181 in Civita Castellana en werd opgevolgd door paus Lucius III.