Sommige bedrijven melden trots dat ze Hofleverancier zijn. Anders dan soms gedacht betekent dit niet per se dat de bedrijven ook goederen leveren aan het koningshuis. Een zakelijke band met het Koninklijk Huis is geen selectiecriterium.
Het Predicaat Hofleverancier werd in 1815 ingevoerd door koning Willem I. Maar ook diens voorganger, koning Lodewijk Napoleon Bonaparte, verleende de titel ‘koopman des konings’ al aan ondernemers die aan het koningshuis leverden.
Koning Willem I verleende het Predicaat geregeld, maar er werd niet deugdelijk bijgehouden welke bedrijven zich precies Hofleverancier mochten noemen. In 1850 liet de koning daarom een advertentie in de Staatscourant plaatsen waarin…
“alle Fabrikanten, Winkeliers of andere Personen geregtigd tot het voeren van het Koninklijk Wapen, worden uitgenodigd, hunne bewijzen als zoodanig vóór de 15den November aanstaande, met opgave hunner woonplaatsen, aan de Hof-Commissie op te zenden”.
De koning stelde hierna orde op zaken. Oude brevetten liet hij vernietigen en vervolgens werden er nieuwe brevetten verleend aan de bedrijven die op de advertentie hadden gereageerd. Officiële dragers van het Predicaat waren herkenbaar aan kostbare uithangborden van verguld en beschilderd houtsnijwerk. De bedrijven hadden officieel het recht het Koninklijk Wapen te voeren, met de toevoeging “Bij Koninklijke Beschikking Hofleverancier”.
In de loop van de negentiende eeuw werden de kostbare uithangborden met wapen geregeld nagemaakt.
Herziening Predicaat Hofleverancier
Onder koningin Beatrix werd het stelsel in 1987 herzien. Er kwam een nieuw wapenschild met een moderne versie van het Koninklijk Wapen en sindsdien heeft alleen het Staatshoofd het recht om het Predicaat Hofleverancier te verlenen. Het Predicaat wordt steeds voor een periode van vijfentwintig jaar toegekend. Daarna kan via de burgemeester verlenging aangevraagd worden voor een volgende periode van vijfentwintig jaar.
Om in aanmerking te komen voor het Predicaat Hofleverancier moeten bedrijven een prominente plaats innemen in hun regio en 100, 125 (of een veelvoud van 25) jaar bestaan. De bestuurders en het bedrijf zelf moeten van onbesproken gedrag zijn en over de ontstaansgeschiedenis van het bedrijf mogen geen onduidelijkheden bestaan. In principe komen alleen ondernemingen uit het midden- en kleinbedrijf in aanmerking voor het Predicaat. Er zijn wel enkele voorwaarden:
“Wanneer de Koning bereid is het Recht tot het voeren van het Predicaat toe te kennen, wordt de onderneming verzocht zich te verbinden aan de ‘Bepalingen betreffende het Predicaat Hofleverancier’. De belangrijkste verplichting is dat de gerechtigde alles zal nalaten wat zijn reputatie zal schaden.”
Nederland heeft momenteel ongeveer vijfhonderd bedrijven die de titel Hofleverancier mogen dragen.
Overzicht van Boeken over (leden van) het Nederlands koningshuis
Bronnen ▼
-https://www.koninklijkhuis.nl/onderwerpen/onderscheidingen/predicaat-hofleverancier
-https://www.koninklijkhuis.nl/onderwerpen/onderscheidingen/predicaat-hofleverancier/aanvragen
-https://nl.wikipedia.org/wiki/Hofleverancier