Het Rembrandthuis toont vanaf begin volgende maand een selectie uit de verzameling zeventiende-eeuwse Hollandse schilderijen van de in Milwaukee woonachtige Alfred Bader (1924). Onder de getoonde werken bevinden zich ook drie schilderijen van Rembrandt.
Volgens het Rembrandthuis is het voor het eerst dat er een ruime keuze van de belangrijkste werken uit de Bader-collectie buiten Amerika wordt getoond. In de tentoonstelling zijn ook enkele schilderijen opgenomen die de verzamelaar geschonken heeft aan het Agnes Etherington Art Centre van Queen’s University.
Alfred Bader verliet zijn geboortestad Wenen in 1938 op het eerste Kindertransport. Via Engeland kwam hij in 1940 in Canada. Na de oorlog volgde hij tijdens zijn studie chemie op Harvard tevens lezingen kunstgeschiedenis bij Jakob Rosenberg, een expert op het terrein van de kunst van de Gouden Eeuw.
Bader verzamelt al meer dan zestig jaar schilderijen van oude meesters, waarvan vele in direct verband staan met Rembrandt.
In de tentoonstelling in het Rembrandthuis, getiteld In het voetspoor van Rembrandt – Hollandse schilderkunst uit privébezit, zijn naast schilderijen van Rembrandt en zijn vroegste collega Jan Lievens ook werken te zien van Rembrandt-leerlingen als Gerbrand van den Eeckhout, Aert de Gelder, Govert Flinck en Nicolaes Maes. Daarnaast worden er ook werken van voorgangers van Rembrandt, zoals Pieter Lastman en Jacob Pynas, getoond. Verder worden onder meer schilderijen van Jacob van Ruisdael, Michiel Sweerts en Jacob van Campen getoond.
Een groot deel van de werken heeft een bijbels of mythologisch onderwerp als thema. Daarnaast is het portret ruim vertegenwoordigd en zijn er enkele landschappen.
De tentoonstelling loopt van 1 oktober 2011 tot 8 januari 2012.