Bij wegwerkzaamheden aan de A2 bij Geleen zijn sporen van de zogenaamde bandkeramische cultuur uit het Stenen Tijdperk gevonden. Rijkswaterstaat heeft dat bekendgemaakt.
Er zijn onder meer bijlen, vuurstenen voorwerpen en potscherven gevonden. Meest opvallend zijn de sporen van twaalf grote woningen. Deze woningen, met een afmeting van ongeveer dertig bij zes meter, blijken te zijn opgebouwd met gekliefde palen. Voor die tijd was dat erg arbeidsintensief.
De bandkeramische cultuur bestond ongeveer van 5300 tot 4900 voor Christus. De naam van de cultuur verwijst naar het kleurrijk versierde aardewerk van deze volkeren dat in de bodem gevonden is. Leden van de cultuur leefden vrijwel alleen van landbouw en veeteelt en woonden in grote, langwerpige boerderijen. De zogenaamde bandkeramiekers waren de eerste landbouwers van Nederland. Sporen van de cultuur worden in Nederland alleen gevonden op een terrein verspreid over tien vierkante kilometer in Limburg. Op andere plekken in Nederland begon de landbouw pas duizend jaar later.
De bij de A2 gevonden voorwerpen worden overgebracht naar Leiden. Daar worden ze onderzocht en beschreven. Vervolgens krijgen ze een plek in een depot in Limburg.
- Boek: Verleden van Nederland
- DVD: Verleden van Nederland