Stadsarchief Rotterdam gaat militieregisters uit de periode 1814 tot 1902 toegankelijk laten maken voor het publiek. De archiefinstelling heeft dat woensdag bekendgemaakt.
In militieregisters werd de administratie bijgehouden van alle mannen die werden opgeroepen voor de dienstplicht. In 1811 werd bepaald dat op iedere honderd inwoners één militielid moest worden aangewezen.
Door een tekort aan vrijwilligers werd er geloot. Dit werd bijgehouden in lotingsregisters. Later gold de
militaire dienstplicht voor alle mannen vanaf achttien jaar. Tot 1941 werden registers opgemaakt van alle jongemannen die werden opgeroepen voor de dienstplicht.
Stadsarchief Rotterdam gaat de militieregisters uit de periode 1814 tot 1902 via het project VeleHanden toegankelijk maken. Vrijwilligers helpen via dit project vanuit huis mee om de registers te indexeren op onder meer naam, geboortedatum en geboorteplaats. Zestien andere archiefdiensten uit het hele land hebben inmiddels hun militieregisters op VeleHanden geplaatst.
Volgens het Stadsarchief bevatten de registers uit de periode 1814 tot 1902 de rijkste informatie. De militieregisters bieden waardevolle informatie voor mensen die zich bezighouden met genealogie of sociaalhistorisch onderzoek. Naast naam, geboortedatum, geboorteplaats en de namen van de ouders, werd in de militieregisters ook het beroep, signalement, reden tot afkeuring en plaats van inlijving vermeld.