In 1894 won de Franse architect Alexandre Marcel een ontwerpwedstrijd voor een nieuw Centraal Station van Boekarest. Het ontwerp werd nooit uitgevoerd.
Twee bevriende bergschilders, zelf actief alpinist en skiĆ«r, brachten het Oostenrijkse spoorwegaffiche naar de twintigste eeuw. Eerder stonden affiches nog propvol prenten of pompeuze personificaties van stad of streek. In navolging van de Franse Hugo d’Alesi maakten Gustav Jahn en Otto Barth affiches met eigentijdse landschapskunst.
In de jaren 50 en 60 stond Italiaans design wereldwijd in de aandacht. Italiƫ had zich aan de oorlog en armoede weten te ontworstelen en beleefde een economische bloeiperiode. Het land ontwikkelde een imago van moderne elegantie waarin kunst, mode, industrie en zelfs film samenkwamen.
In 1906 was er ook een wereldexpo in Milaan, toen met als thema transport. Het was de grootste spoorwegexpositie van de eerste helft van de twintigste eeuw.
Na een vrij letterlijke poging om een luchtschip op de rails te zetten ā de Schienenzeppelin ā ontstonden in het Duitsland van de jaren 30 de Fliegende ZĆ¼ge. Het prototype, de Vliegende Hamburger, werd het bekendst. Ze haalden een topsnelheid van 160 km/u en brachten de Duitse steden dichter bij elkaar.
In het Interbellum konden welgestelde reizigers kiezen tussen twee luxe dagtreinen van Nederland naar Zwitserland. Dat was het gevolg van concurrentie tussen het Franse Wagons-Lits en het Duitse Mitropa.
Ondanks de economische crisis floreerden de Duitse spoorwegen tussen de twee wereldoorlogen. Dat gold ook voor slaapwagen- en restauratiebedrijf Mitropa.
Rond 1900 overwinterde de Europese elite aan de Franse RiviĆØra. In de negentiende eeuw ontdekt door de Engelse aristocratie, trok de zonnige CĆ“te dāAzur mondaine toeristen uit alle hoeken van Europa.