De Tachtigjarige oorlog, ook wel de (Nederlandse) Opstand, was een strijd tegen het Spaanse gezag die duurde van 1568 tot 1648. Onderdeel van de oorlog was het twaalfjarig bestand (1609-1621). De opstand leidde aan het eind van de zestiende eeuw tot het begin van de Gouden Eeuw toen het heel goed ging met de Nederlandse economie en overzeese expansie.
Een groep veteranen doet deze week, samen met archeologen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) en lokale vrijwilligers, onderzoek in het Noord-Limburgse Gennep. Doel is om oude sporen te verzamelen die herinneren aan veldslagen die hier in de zeventiende eeuw en tijdens de Tweede Wereldoorlog plaatsvonden.
Dirk Volckertsz Coornhert wist vijf eeuwen geleden heel wat thema’s te agenderen. Met zijn oproep om altijd ‘kritisch én medemenselijk te blijven’ is hij nog altijd relevant.
Samen met de graaf van Horne vormden Willem van Oranje en de graaf van Egmont een driemanschap dat in het geweer kwam tegen de dominante kardinaal Granvelle. Rond deze drie verzamelde zich een groep hoge edelen, de ‘Liga der Groten’, die niet gelukkig waren met de kardinaal en het door hem gedomineerde beleid in de Nederlanden.
‘Goed,’ riep Brederode, ‘als wij dan geuzen zijn, laten we dan maar bedelzakken dragen en uit bedelnappen drinken!’ De toehoorders begrepen er niets van, maar toen een page hem een typische bedelzak bracht, werden ze uitzinnig. Brederode stak zijn hoofd door de opening tussen de twee samengenaaide tassen, waarna hij die ‘als een monnikenscapulier’ over zijn schouders drapeerde.
Historicus René van Stipriaan heeft de Libris Geschiedenis Prijs 2022 gewonnen met zijn boek De zwijger: Het leven van Willem van Oranje. De auteur ontving de prijs zondag uit handen van juryvoorzitter Thom de Graaf.
In de Lage Landen van de zestiende eeuw kwam een bonte groep rebellen in opstand. Ze noemden zich geuzen en streden tegen de katholieke onderdrukking, het bewind van de Spaanse vorst Filips II en zijn behoudsgezinde regering in Brussel. De daaropvolgende breuk tussen Noord en Zuid bepaalde de verdere geschiedenis van de Lage Landen.
In het IJ bij Amsterdam wordt binnenkort bijzonder historisch onderzoek verricht. Archeologen hopen er sporen te vinden van de scheepsblokkade die geuzen hier in 1572 opwierpen, in een poging de vijandige Hollandse stad af te snijden van een van haar belangrijkste levensaders.
De abdij van Egmond werd tijdens de Tachtigjarige Oorlog verwoest. Bekend is dat de belangrijke abdij, die zich niet ver van Alkmaar bevond, rond 1573 bewust werd verwoest, om zo te voorkomen dat de Spanjaarden het bouwwerk als uitvalsbasis konden gebruiken.
De plundering en uitmoording van Zutphen na de inname van de stad in november 1572 is in de geschiedschrijving over de Tachtigjarige oorlog een van de grote gruweldaden van de Spanjaarden geworden.
Heel wat Nederlanders weten het nog van school: 1584, Willem van Oranje in Delft vermoord door Balthasar Gerards. Maar weinigen zullen weten dat is geprobeerd om Gerards heilig te laten verklaren. Dat het hoofd van de prinsenmoordenaar in Keulen is vereerd, is al helemaal in vergetelheid geraakt. En toch is het allemaal gebeurd.