Gisteren, op 3 mei las Jules Schelvis zijn herinneringen voor over zijn deportatie naar Sobibor. Wat zijn verhaal zo bijzonder maakte, was dat hij uitgebreid vertelde over de treinreis in de veewagen van Westerbork naar Sobibor in Polen. 34.000 Nederlanders zijn in Sobibor vermoord, waaronder Ben Ali Libi, de goochelaar en de befaamde sportverslaggever Han (Hartog) Hollander. Wat Hollanders dood extra tragisch maakt, is dat hij zich onkwetsbaar waande.
Han Hollanders vader was een welbespraakte marktkoopman. Het talent ging van vader op zoon. In maart 1928 verzorgt Hollander zijn eerste radioverslag van de voetbalinterland Holland – België. Hollander was daarvoor gevraagd door zijn oude dienstkameraad Willem Vogt, omdat Hollander zo smakelijk over sport kon vertellen. Han Hollander bezat het talent om de radioluisteraar zo te laten meeleven dat hij er als het ware zelf bij was. Hollander was niet alleen rap van tong, hij kon ook heel beeldend spreken. In 1936 verzorgde Hollander het radioverslag van de Olympische Spelen van Berlijn en ontving nadien van Hitler een persoonlijk ondertekende oorkonde als dank voor zijn bijdrage aan het succes van de Spelen. Hoe zou Hollanders leven er zonder die oorkonde hebben uitgezien?
De Jood en de SS’er
Hollander was niet alleen een briljante verslaggever, hij was ook een uitstekende interviewer. Na de Spelen van 1936 sprak hij onder meer met de Nederlandse SS’er en ‘snelste blanke ter wereld’ Tinus Osendarp. Osendarp eindige op beide sprintafstanden als derde na de zwarte lopers Owens en Metcalfe. Osendarp vertelde aan Hollander het hilarische verhaal van de 4 x 100 meter estafette. Osendarp was de laatste loper van het Nederlandse team en liep opnieuw naar een derde plek. Daartoe moest hij wel eerst de Duitse slotloper inhalen. Deze Duitser hield zijn stokje in de linkerhand omdat hij enkele vingers van zijn rechterhand miste. Bij het passeren sloeg de Duitser daardoor per ongeluk het stokje uit de hand van Osendarp. Het Nederlandse team werd gediskwalificeerd.
Ontslag
In mei 1940 werd Hollander bij de AVRO de laan uitgestuurd omdat de directeur Willem Vogt ‘de Duisters niet voor het hoofd wilde stoten’ met een Joodse verslaggever. Het ging uiteraard om Vogts eigen ambitie om van de AVRO een landelijke omroep te maken in de oorlog. Daarbij kwamen Joodse medewerkers niet van pas. Het ontslag betekende ook het eind van de loopbaan van de welbespraakte verslaggever.
Het Heidelager
Hollander waande zich onkwetsbaar door de dankbetuiging die hij van Hitler persoonlijk had ontvangen. Hem kon niets gebeuren, hij hoefde niet te vrezen voor deportatie. Toen zijn dochter echter werd gearresteerd, meldde Hollander zich bij de bezetter en het gezin werd naar Westerbork gedeporteerd. De oorkonde en zijn charme werkten toch in zijn voordeel. Hollander en zijn vrouw namen hun intrek in het zogenoemde Heidelager in Hooghalen. Dat was de plek waar de kampbewaarders zelf woonden. Hollander voerde de administratie van dit kamp en kreeg ook een kleine houten woning toegewezen op het terrein.
Hollander en zijn vrouw hadden de facto een luizenleventje op Hooghalen. Zeker in vergelijking met de gevangenen in Westerbork. Totdat Hollanders vrouw Leentje zo onvoorzichtig was een Duits-Joodse vrouw een ‘rotmof’ te noemen. Deze vrouw stapte beledigd naar de kampcommandant die vond dat Leentje te ver was gegaan. Hollander werd met vrouw en dochter op transport gezet naar Sobibor. Op 9 juli 1943 kwamen zij daar direct na aankomst om het leven door vergassing. Niemand van dit transport heeft het overleefd. De vraag of Hitlers oorkonde het gezin Hollander de das om heeft gedaan, zal nooit met zekerheid beantwoord kunnen worden.