Een groep veteranen doet deze week, samen met archeologen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) en lokale vrijwilligers, onderzoek in het Noord-Limburgse Gennep. Doel is om oude sporen te verzamelen die herinneren aan veldslagen die hier in de zeventiende eeuw en tijdens de Tweede Wereldoorlog plaatsvonden.
In 1641, ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog, vond op de zoeklocatie de belegering plaats van het Genneperhuis. Deze versterking werd destijds omsingeld door troepen onder leiding van prins Frederik Hendrik. Er werd over en weer geschoten met kanonnen en musketten. De Staatse troepen rukten steeds verder op en dreigden de vesting in te nemen. Na vijftig dagen gaven de moe gestreden Spaanse verdedigers zich over. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog was Gennep opnieuw een strijdtoneel. Dit keer tussen Duitse en geallieerde troepen. Ook dit keer werd er over en weer flink geschoten. Begin 1945 werd Gennep door de geallieerden veroverd en was ook deze strijd gestreden.
Van beide veldslagen zijn tal van resten, zoals kanons- en musketkogels, hulzen, granaatscherven en militaire uitrustingstukken, in de bodem terecht gekomen. Deze zullen met metaaldetectoren worden opgespoord. Verder worden de gewoelde zones afgelopen om andere vondsten te verzamelen. Al deze vondsten vertellen verhalen van dit slagveld.
Stichting
De veteranen die deelnemen aan het onderzoek zijn lid van de Recovery on the Battlefield (ROTB). Deze stichting combineert archeologie met een ondersteuningsprogramma voor veteranen die de gevolgen ondervinden van Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS) en/of fysieke verwondingen. Het doel is het stimuleren van lotgenotencontact, revalidatie en re-integratie. Het is de eerste keer in Nederland dat veteranen en archeologen samen archeologisch onderzoek doen.