De uitbarsting van de Indonesische vulkaan Krakatau in 1883 is algemeen bekend onder historici. Bijna zeventig jaar eerder deed zich echter een grotere eruptie voor die minder houvast heeft gekregen in het collectieve historische bewustzijn. In april 1815 vloog op het Nederlands-Indische eiland Soembawa de bovenkant van de vulkaan Tambora de lucht in. Het aantal indirecte slachtoffers van deze ramp liep in de tienduizenden.
De vulkaanuitbarsting leidde wereldwijd tot een klimaats- en temperatuursverandering die van alles tot gevolg had: honger, scheepsrampen, lawines, aardverschuivingen, enorme hagelstenen, blikseminslagen en apocalyptische massahysterie. Maar er waren ook positieve gevolgen, zoals de uitvinding van de fiets.
In het boek De wereld van Tambora (Uitgeverij Unieboek|Het Spectrum, 2015) laat journalist Philip Dröge – initiatiefnemer van het populair-wetenschappelijke persbureau FAQT en vaste gast in het programma Aan de slag op BNR Nieuwsradio – ooggetuigen aan het woord over de ongelofelijke gevolgen van een van de grootste natuurrampen uit de menselijke geschiedenis.
De impact van de ramp was enorm. De uitbarsting van de Tambora, toen ‘de hoogste berg van Nederland’, was 2500 kilometer verderop goed te horen. In de maanden na de eruptie verspreidden de vulkanische asdeeltjes zich over grote delen van de wereld en leiden tot een ingrijpende klimaatsverandering. In India deden zich gigantische hagelbuien voor, in Zwitserland viel ineens sneeuw in de zomer en in AziĂ«, Europa en Amerika braken hongersnoden uit.
Stille, bijna vergeten berg
In de zeventiende en achttiende eeuw is het onontgonnen eiland Soembawa, vanuit Europees perspectief, een beetje een vergeten plek. De schepen van de Vereenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) meren af en toe aan. Het contact met de lokale bevolking is goed, maar de handel tussen de VOC-lieden en de eilandbevolking blijft beperkt. Af en toe koopt de VOC paarden op het eiland, of tabak, amfioen (opium) of hout. De Compagnie gebruikt het eiland vooral om haar schepen te bevoorraden voor de gevaarlijke zeereis verder naar het oosten. Daar liggen de veel interessantere Molukken, waar de Nederlandse handelaren het voorzien hebben op nootmuskaat en kruidnagel.
Toen de VOC in 1798 na jaren van wanbeleid en corruptie ten onder ging, nam de Nederlandse regering het beheer van de kolonie Nederlands-Indië over, waarbij Soembawa bij deze kolonie werd gevoegd. Maar het eiland bleef een buitenbeentje:
“Ook de nieuwe heersers hebben weinig belangstelling voor dit buitengewest. De meeste inwoners van Soembawa hebben dan ook nauwelijks contact met hun koloniale meesters; de Nederlandse macht concentreert zich in Java. De andere Indische eilanden – met uitzondering van Bali – staan weliswaar onder Nederlands bestuur, maar meer dan een handvol Nederlandse ambtenaren en soldaten per eiland is er in deze tijd niet.” (18)
10 april 1815: knal van 34.000 megaton TNT
Het is de gigantische vulkaanuitbarsting op 10 april 1815 die het eilandje Soembawa op de kaart zal zetten. In de vroege avond, berekend is dat dit gebeurde tussen 19.00 en 22.00 uur, bereikt de druk in de vulkaan Tambora – de vulkaan rommelt al zo’n vijf maanden – een kritisch hoogtepunt. De explosie die dan volgt is haast onvoorstelbaar en behoort tot ‘de hardste geluiden die ooit op aarde zijn geproduceerd’ (47). Moderne geluidsspecialisten schatten de hardste knal op 347 decibel:
“De energie die bij de eruptie van de Tambora vrijkomt, staat gelijk aan 34.000 megaton TNT. Dat is de kracht van het tegelijkertijd ontploffen van duizenden atoombommen van het Hirosjima-type, of anderhalf keer de verzamelde explosieve kracht van alle kernwapens die de grootmachten in de Koude Oorlog op elkaar hadden gericht.”(31)
De schokgolf gaat meerdere keren de aarde rond, brengt oceanen en zeeĂ«n aan het kolken. In totaal wordt 150 kubieke kilometer steen de lucht in geschoten. De vulkanische as – die met een geschatte 1600 graden enorm heet is – stijgt naar 43 kilometer hoogte en gaat dwars door de ozonlaag heen. Tot ver in de omgeving regent het brokstukken die soms zo groot zijn als een auto. Door de enorme luchtdruk ontstaan er spontaan tornado’s, die de mensen, vee en huizen in het stadje Tambora opzuigen en tientallen meters door de lucht smijten. Slechts een handjevol Tamborezen overleeft de ramp. De vulkaanuitbarsting luidt het einde in van hun cultuur en taal.
In Indonesië doen zich volgens ooggetuigen allerlei angstaanjagende verschijnselen voor. Langs de Indische kusten bijvoorbeeld razen drie tot vijf grote vloedgolven het land in, die alleen al op Soembawa aan 4600 mensen het leven kosten. Zelfs op het kleine eilandje Haruku bij de Molukken, liefst 1260 kilometer verderop, is sprake van een tsunami.
Potentieel dodelijke cocktail
De Tamborese vulkaanuitbarsting greep diep in, ook op de langere termijn. Tambora zou de geschiedenis veranderen, zo schrijft Dröge. Op de eilanden Soembawa, Lombok, Bali en ook Java braken in de daaropvolgende weken hongersnoden uit door stoflagen – die soms zeven tot tien meter hoog waren, de rijstvelden bedekten en waterbronnen onbruikbaar maakte. Drie dagen achtereen zagen de IndiĂ«rs geen zonlicht meer en voor het eerst in hun leven hadden ze het koud. Vissen stierven massaal, vogels vielen dood uit de bomen.
In de maanden na de ramp breken in IndonesiĂ« maar ook op oorlogs- en handelsschepen die in het gebied varen ziekten uit, met als hoofdkenmerken diarree, koorts en huidzweren, een combinatie die vaak uitloopt op de dood. Dodelijke ziekten – met name difterie en tyfus – zijn volgens specialisten een standaardverschijnsel na een vulkaanuitbarsting:
“Verontreinigde waterbronnen, voedselgebrek en schadelijke stoffen in de lucht vormen samen een potentieel dodelijke cocktail voor mens en dier.” (63)
Door de enorme hoeveelheid as in de lucht condenseerden waterdruppels veel sneller. Hierdoor ontstonden enorme ijsballen ter grootte van cricketballen, die met name neervielen in India en daar veel mensen doodden. In de nazomer van 1815 zijn onder meer China en West-Europa aan de beurt. In die regio’s daalt de temperatuur plotseling een aantal graden, waardoor – in combinatie met grote droogte – de oogsten van rijst, gierst en boekweit massaal mislukken. Het gevolg is massale hongersnood en sterfte. Er zijn zelfs diverse historici die beweren dat de maatschappelijke chaos in China en de opstanden vanaf de jaren 1820 tegen de keizerlijke dynastie, uitlopend op de Chinese communistische revolutie in 1949, zijn oorsprong vindt in de klimaatsveranderingen vanaf 1815.
Het regent kevers en spinnen
Ongeveer twee maanden na de vulkaanuitbarsting bereikt de as West-Europa. De winters van 1815-1816 zijn kouder dan ooit. Zo bereikt het kwik in Rome een diepterecord van -22 graden, terwijl in Hamburg -27 graden gemeten wordt. De sneeuw die deze winters naar beneden valt, is in Hongarije bruinig en gelig. De Middelburgsche Courant van 20 januari 1816 meldt over een bijzonder, nieuw soort neerslag dat in Zwitserland en Frankrijk uit de lucht is komen vallen:
“Nabij het [Zwitserse] stadje Vallorbes, aan de Franse grens, zouden op 22 en 23 december 1815 miljoenen kevers, spinnen en rupsen uit de lucht zijn gevallen. Daaronder groene rupsen die ‘enkel uit water lijken te bestaan’ en die in Zwitserland niet voorkomen. De diertjes kruipen over een dik pak sneeuw dat eerder is gevallen; het vriest op dat moment hard. Ook van de Franse kant van de grens, in de Jura, komen in deze tijd berichten over insecten die uit de lucht vallen. De kwestie wordt zelfs voorgelegd aan de Franse Academie van Wetenschappen. Maar die kan het fenomeen niet verklaren.” (99)
Ook de frequentie van hevig onweer valt op. De Nederlandse kranten staan vanaf 1815 bol van onweersbuien met Bijbelse proporties. Op 16 december 1815 vallen in Haarlem bijvoorbeeld vuistgrote hagelstenen uit de lucht, die door de lokale bloembollenhandelaar en amateur-weerman Simon Veen, evenals de opvallend lage temperaturen, opgetekend worden. Zijn gegevens behoren tot de oudste meteorologische notities van Nederland.
Tot mei 1816 blijft het stevig vriezen in Europa. Een echte zomer komt er dat jaar niet… Het is in dit licht niet vreemd dat er in de zomer van 1816 een emigratiehausse begint vanuit West-Europa naar Noord-Amerika. Met name Noren, Duitsers en Nederlanders stappen op een zeilschip en kiezen het ruime sop naar Amerika. Het emigratiepiekje blijft enkele decennia op niveau, om vanaf de jaren 1845 – al Europa opnieuw geteisterd wordt door misoogsten en ellende – een echte piek te worden.
12 juni 1817: eerste fietstochtje uit de geschiedenis
De mooiste anekdote in het heerlijk geschreven boek De schaduw van de Tambora, is de relatie tussen de vulkaanuitbarsting en de uitvinding van de fiets. Door de aanhoudende regen en de as in de lucht, wilden gras, haver en andere gewassen in grote delen van West-Europa niet goed groeien. Paarden, toen hét vervoersmiddel (stoommachines), hadden te weinig te eten en werden massaal geslacht.
Het Duitse Mannheim en omliggende regio werden in 1815-1816 hard door deze situatie getroffen. Door het gebrek aan paarden kwam de handel stil te liggen en was sprake van hongersnood. Dit probleem zette – daarover zijn veel Duitse historici het eens – de Mannheimer, 32 jaar nog maar, Karl Friedrich Freiherr Drais von Sauerbronn ertoe aan met een oplossing te komen: ‘het houten paard’, ofwel: de fiets. Het is donderdag 12 juni 1817 als hij het eerste fietstochtje uit de geschiedenis maakt, op een houten loopfiets met een soort stuurlat:
“De baron trekt zich niets aan van de mensen die hem zullen aangapen en zet zich af door met een voet achterwaarts tegen de grond te duwen. Dan beweegt hij die voet naar voren. De andere voet duwt machine en rijder naar voren. Voorbijgangers zullen vol ongeloof kijken naar het spektakel dat dan volgt. Ook al heeft hij soms geen van beide voeten aan de grond, de baron valt niet om, hij rijdt op slechts twee smalle wielen de weg op! Hoe doet hij dat? Natuurlijk heeft Von Drais geen tijd om uit te leggen dat het balanceren een logisch gevolg is van een natuurkundige wet die zijn landgenot Johann von Bohnenberger toevallig net datzelfde jaar voor de eerste keer wetenschappelijk beschrijft, het gyroscoopeffect.” (184)
Deze Karl Drais was ook op andere terreinen een talentvolle uitvinder. In de strijd tegen Napoleon bedacht hij – niet als eerste, want 100 jaar eerder had iemand hierop al patent aangevraagd – een effectief machinegeweer, terwijl hij voor zijn langzaam blind wordende vader een stenomachine ontwierp zodat die kon blijven schrijven.
Boek: De schaduw van Tambora