Gepassioneerd door vreemde culturen en de geschiedenis van het vroege neolithicum tot aan onze moderne tijden schrijft Rudi Schrever al verscheidene jaren op regelmatige basis artikelen voor Historiek.net en andere gespecialiseerde vakbladen. Verder is hij bestuurslid van de Geschied- en Heemkundige kring van de Brusselse deelgemeente Laken. [email protected]
Het Jubelpark in Brussel is in menig opzicht uniek. Aangelegd in de voor die tijd typische ‘Beaux-Arts parkstijl’ en door zijn centrale ligging in het verlengde van de Europese wijk is het park uitgegroeid tot een publiek recreatiedomein waarin kunst en architectuur centraal staan. De talrijke bezienswaardigheden, de vele musea, alsook het feit dat het een decorum vormde voor allerlei
Het Jubelpark, meestal beter bekend onder zijn Franstalige benaming: “Cinquantenaire” (letterlijke vertaling voor ‘vijftigjarige’), is onlosmakelijk verbonden met de figuur van Leopold II.
Over de figuur van Karel de Grote zijn al boeken vol geschreven. Ik waag mij dan ook geenszins op hun terrein. Wel lijkt het mij interessant te onderzoeken wat er vandaag de dag met betrekking tot deze historische belangrijke figuur in ons straatbeeld direct en indirect terug te vinden is.
Op de grens van het ‘Hageland’ en de Kempen, waar thans de provinciën Vlaams-Brabant, Antwerpen en Limburg elkaar raken, bevindt zich een bijzonder stuk Belgisch erfgoed: de Premonstratenzerabdij van Onze-Lieve-Vrouw en Sint Jan de Doper” beter bekend als De Abdij van Averbode.
Zeg nou zelf: wie neemt er graag plaats in een tandartsstoel of wie ondergaat er met plezier een operatie? Als je één en ander liever van op een veilige afstand wil bekijken, ben je bij het het ‘Museum van de geneeskunde’ in Anderlecht nabij Brussel aan het juiste adres. In zeven zalen en aan de hand van zo’n vijfduizend stukken
In het architectuurmuseum De Loge in Elsene (Brussel) loopt nog tot 29 augustus 2010 een tentoonstelling over de architecturale wisselwerking tussen Brussel en Parijs.
Een verhaal over ivoren pyxissen, diptieken en chryselefantiene sculpturen. Reeds van oudsher kon het ivoor probleemloos wedijveren in kostbaarheid met de andere edele metalen zoals goud en zilver. Ivoor was namelijk zeldzaam omdat het indertijd uit nagenoeg verre en onbekende gebieden moest worden ingevoerd. Zowel de Oude Egyptenaren, de volkeren uit Mesopotamië en later de Feniciërs, alsook de Grieken uit