In de nacht van 23 op 24 augustus 1572 vermoordden radicale katholieken enkele honderden protestanten. De gebeurtenis is de geschiedenisboeken ingegaan als de Bartholomeusnacht of Parijse Bloedbruiloft.
Een aanslag
Het huwelijk werd op 18 augustus gesloten. Terwijl de verbintenis had moeten zorgen voor meer rust tussen de verschillende gelovigen, sloeg enkele dagen na de huwelijksvoltrekking de vlam in de pan. Vier dagen na de plechtigheid werd er op straat een aanslag gepleegd op hugenotenleider Gaspard de Coligny. Dat de katholieken het op deze hugenoot gemunt hadden was niet heel verwonderlijk. De Coligny had veel macht in Frankrijk en had ook een grote invloed op koning Karel IX.
Veel katholieken waren er niet blij mee dat hugenoten zoals De Coligny op steeds meer belangrijke posities terechtkwamen. Terwijl de koning zijn verontwaardiging uit had gesproken over de aanslag op zijn vertrouweling en de hugenoten om wraak riepen, besloten de katholieken in actie te komen.
Wraak
Op aansturing van koningin-moeder Catharina de’ Medici en de katholieke adel werd er in de nacht van 23 op 24 augustus 1572 een bloedbad aangericht onder de hugenoten die nog altijd in grote getale in Parijs aanwezig waren. Gaspard de Coligny was een van de eerste slachtoffers. In totaal werden er ongeveer 20.000 hugenoten om het leven gebracht.
De bloedige Bartholomeusnacht was een episode in een lange strijd van het Franse koningshuis om de alleenheerschappij, ten nadele van de volgens religieuze scheidslijnen verdeelde lokale adel.

In 1598 vaardigde de Franse koning Hendrik IV (Hendrik van Navarra) het Edict van Nantes uit waarmee de hugenoten een belangrijke mate van godsdienstvrijheid kregen. Het edict maakte een einde aan een periode van de Hugenotenoorlogen. De Franse koning, die vroeger zelf hugenoot was geweest, was op dat moment overigens al overgestapt op het katholicisme.
Halverwege de zeventiende eeuw maakte kardinaal de De Richelieu (1624-1661) een eind aan de vrijheid en betrekkelijke onafhankelijkheid van de protestanten. De kardinaal, die destijds de functie van eerste minister had, ontnam de hugenoten hun politieke rechten en hun pandsteden. In deze zogenaamde vrijsteden hadden de hugenoten sinds het Edict van Nantes in redelijke vrijheid hun geloof kunnen beleven.
Achtergrondverhaal: De Franse Bartholomeüsnacht en de Nederlanden
Ook interessant: Culturele invloed van de Hugenoten
Boek: God in Frankrijk