/

Het slavenschip als kapitalistisch martelwerktuig

Het zwaartepunt van de trans-Atlantische slavenhandel lag in de periode 1700-1808. Amerikaanse en Britse schepen vervoerden in die tijd drie miljoen slaafgemaakten over de Middenpassage, van de Afrikaanse westkust naar de Verenigde Staten of het Caribisch gebied. Aan boord van deze schepen stierven in totaal bijna een half miljoen mensen.

Recensie van ‘Het slavenschip’ van Marcus Rediker

De Groninger universiteit na 1945

Het belangrijkste kenmerk van de naoorlogse ontwikkeling van de Rijksuniversiteit Groningen (hierna RUG) is de enorme groei van de studentenaantallen. De lichtingen werden na de oorlog groter en per jaargroep gingen meer jongelui studeren, ook uit lagere milieus.

Academische vrijheid en verzakelijking
/

Scheurbuik en winterdepressie te midden van het pakijs

In 1894 legde de vijfentwintigjarige Belgische luitenant Adrien de Gerlache een gewaagd plan voor aan de Société Royale Belge de Geógraphie in Brussel. Hij wilde in de voetsporen treden van de fictieve ‘kapitein Nemo’ en onder Belgische vlag een ontdekkingsreis op poten zetten, op zoek naar de geomagnetische zuidpool.

Bespreking van ‘Waanzin aan het einde van de aarde’ van Julian Sancton
/

Veel Indonesische burgerdoden nam Nederlandse krijgsmacht voor lief

De Indonesische onafhankelijkheidsstrijd (1945-1950) stelde de Nederlandse krijgsmacht voor onverwachte en grote problemen. Militair-theoretisch werd geen afdoende oplossing gevonden. In de praktijk leidde dat tot opvoering van het geweldsniveau, waarbij de strijdkrachten bereid waren veel Indonesische burgerdoden op de koop toe te nemen.

Historicus Christaan Harinck analyseert tekortschietend militair leerproces 1945-1950
1 3 4 5 6 7 62