Al ongeveer tien jaar reist de in Keulen woonachtige fotograaf en blogger Christian Hermann door Oost-Europa om sporen van verdwenen Joodse gemeenschappen te fotograferen.
Géraldine Schwarz ontdekt op een dag dat haar Duitse grootvader in 1938 voordelig een joods bedrijf heeft overgenomen. Na de oorlog verlangt de eigenaar, die zijn familie in Auschwitz verloor, herstelbetalingen. Karl Schwarz, zoals vele Duitsers, weigert zijn verantwoordelijkheid als meeloper te erkennen.
Wanneer er een boek over Anne Frank verschijnt, moet de vraag gesteld worden of het nieuwe feiten bevat die een nieuwe publicatie rechtvaardigen. In de publiciteit over Na het Achterhuis van de historicus Bas von Benda-Beckmann wordt gesteld dat de overlijdensdatum van Anne Frank een maand eerder moet zijn geweest
Amusement is niet de enige taak van olifanten in de zowat 4000 jaar dat ze ‘naast’ mensen in knechtschap leven. Hun functies zijn veelzijdig: lastdieren maar ook levende ‘tanks’ in oorlogstijden.
Abraham Kuyper (1837-1920) staat vooral bekend als politicus. Maar hij is veel meer geweest dan dat. Hij was bijvoorbeeld ook een veelgelezen journalist en de stichter van de Vrije Universiteit van Amsterdam.
Van Vincent Van Gogh bestaan een aantal geschilderde (zelf)portretten maar nauwelijks een foto. Blijkt dan nog een foto van de jonge Vincent verkeerd te zijn toegewezen. De knaap is niet Vincent, wel zijn broer Theo. Daarover schreef de Waalse journalist en tentoonstellingsmaker Yves Vasseur een boek, dat leest als een
Operatie Freshman was slechts een van de meerdere pogingen die vanuit Groot-Brittannië werden ondernomen om de productiefaciliteit in de Noorse provincie Telemark te vernietigen. Dit zou later worden aangeduid als de sabotage van de zwaar waterproductie in Noorwegen.
Iedere bezetter laat zijn sporen na in een bezet land, hoe kort of lang een bezetting ook duurt. Dat geldt zeker voor Napoleon. Zijn invloed op de Nederlandse samenleving is vandaag de dag nog zichtbaar op velerlei vlak.
Een erudiet 'scheppingsverhaal' dat met vaart geschreven is, maar zonder een loopje te nemen met onzekerheden, die voor zo’n lange periode onvermijdelijk opduiken.
Onno Ruding is van alles geweest: ambtenaar, bankier, IMF-medewerker, werkgeversvoorzitter en grossier in nevenfuncties en commissariaten. Maar hij zal vooral in de herinnering blijven voortleven als minister van Financiën in de kabinetten-Lubbers I en II.
Tussen 1830 en 1930 circuleerden in Nederland zo’n honderd verhalen waarin vertellers de draak staken met de Joodse minderheid in vooral Amsterdam.