Er wordt door het kabinet-Rutte 200 miljoen bezuinigd op kunst en cultuur. Dit levert heel wat kritiek op. Zo werd er ‘geschreeuwd om cultuur’, was er een ‘mars der beschaving’ en kwamen duizenden mensen bijeen op het Malieveld om te protesteren tegen de bezuinigingen. Ondertussen worden de laatste jaren in de culturele sector allerlei initiatieven ontplooid op het gebied van cultureel ondernemen. Bij Foam in Amsterdam kunnen particulieren en bedrijven sinds 2006 investeren in Foam Fund.
Via Foam Fund worden allerlei projecten van fotografiemuseum Amsterdam gefinancierd, vooral op het gebied van talentontwikkeling en educatie. De investeerders, ‘aandeelhouders’ genoemd, worden in ruil voor hun schenking actief betrokken bij de projecten van Foam. Eric-Jan de Graaff, verantwoordelijk voor de support-structuur bij Foam, vertelt meer over Foam Fund:
Foam Fund werd opgericht om het bedrijfsleven bij het museum te betrekken. In die zin is het te vergelijken met Business clubs van sommige grote musea. Wij vroegen vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven om mee te denken over de opzet en kozen in de communicatie voor de taal van het bedrijfsleven. We gebruiken termen als ‘investeringen’, ‘aandeelhouders’ en ‘returns-on-investment’. In de praktijk bleek echter dat de meeste investeerders niet vanuit een bedrijf doneren, maar als privépersoon. Het is wel een mix, maar we zien een duidelijke verschuiving naar particuliere investeerders. Het is een diverse groep, zowel jong als oud, die bijdraagt. Dat Foam ook jonge investeerders trekt komt waarschijnlijk door onze activiteiten. We zijn een jonge organisatie die veel jongeren aanspreekt.
Mensen worden aandeelhouder vanuit persoonlijke interesse. Ze hebben een passie voor fotografie en voor de activiteiten van Foam. In ruil voor hun investering worden de aandeelhouders op verschillende manieren betrokken bij het museum. Ze kunnen deelnemen aan activiteiten, mee naar buitenlandreizen en op bezoek bij fotografen. En elk jaar krijgen zij een fotoprint van een jong talent dat bij Foam heeft geëxposeerd. De ‘returns-on-investment’ zijn dus niet financieel. De investering is een schenking waarvoor de aandeelhouder kennis en een netwerk terugkrijgt. We bieden inhoud en laten een nieuwe wereld zien.
Het is als organisatie belangrijk om bij je roots te blijven, maar dat kan zeker gecombineerd worden met het aanboren van alternatieve inkomstenbronnen.
De aanleiding voor het oprichten van Foam Fund was simpelweg dat Foam geld nodig had om meer projecten uit te kunnen voeren. De inkomsten van Foam Fund worden voor allerlei activiteiten gebruikt, bijvoorbeeld educatieprojecten. Wij doen veel projecten voor vmbo-scholen. Omdat zij niet altijd naar het museum kunnen komen gaan wij ook bij hen op bezoek. Dat kost relatief veel tijd en geld, waarvoor we de inkomsten van Foam Fund kunnen gebruiken.
Foam hecht weel waarde aan de ontwikkeling van jong talent en het is vreselijk dat door de bezuinigen veel talentprogramma’s op de schop gaan. Via Foam Fund steunen we projecten voor talentontwikkeling van jonge fotografen, maar ook voor ‘young professionals’ in de sector. Een voorbeeld daarvan is Foam Lab, een jaarlijks terugkomend initiatief voor jongeren die samen activiteiten rond fotografie organiseren.
Bovendien investeren wij de donaties van Foam Fund in ondernemende projecten. In projecten die inkomsten kunnen genereren. Als culturele instelling is dat zeker mogelijk. Een mooi voorbeeld is Foam Editions, een galerie waar we werk van jonge fotografen verkopen. Foam vertegenwoordigt de fotografen niet, zoals bij een officiële galerie, maar de beginnende fotografen krijgen bekendheid en de kans om werk te verkopen. Zo steunen we jong talent en kunnen we inkomsten genereren. Het is als organisatie belangrijk om bij je roots te blijven, maar dat kan zeker gecombineerd worden met het aanboren van alternatieve inkomstenbronnen.
~ Eric-Jan de Graaff, medewerker Foam Fund
~ Geïnterviewd door Karlien Metz