Cameragezoem en felle lichten waren niet wat Anita Möller verwachtte aan te treffen toen ze omhoog klom uit de tunnel waardoorheen ze gekropen was om te ontsnappen uit Oost-Berlijn. Een filmploeg van het Amerikaanse televisienetwerk NBC was er op 14 september 1962 bij om vast te leggen hoe de vrouw en andere vluchtelingen onder de Berlijnse Muur door de vrijheid tegemoet gingen door de 120 meter lange tunnel die zich 5 meter ondergronds bevond. Boven hun hoofden bevond zich de Todesstreifen, de veiligheidszone waar grensbewakers van de DDR met scherp schoten op iedereen die het waagde te ontsnappen uit de politiestaat.
Voorzien van elektrische verlichting, een telefoonverbinding en een door stofzuigermotoren en ventilators aangedreven ventilatiesysteem was de zogenoemde Bernauertunnel een ingenieus gebouwde ondergrondse vluchtweg. Een kar op een rails met een gemotoriseerde lier was gebruikt voor het afvoeren van aarde. Omdat er aan de Oost-Duitse kant door een kapotte leiding water lekte in de tunnel liep deze langzaam onder water. De vluchtelingen moesten zich dus een weg banen door de benauwde gang die vol stond met waterplassen, daarbij geholpen door de tunnelgravers, ook wel Fluchthelfer genoemd (of kidnappers, ontvoerders en zelfs terroristen door de Oost-Duitse autoriteiten).
Onderweg haalde de claustrofobische Anita haar knieën open en raakten haar nylonkousen zwaar gehavend, evenals haar bruidsjurk van Dior – haar duurste kledingstuk. Haar witte pumps wist ze echter aan te houden, in tegenstelling tot een andere vrouw die haar hakschoenen onderweg verloor. Het eerste wat Anita deed toen ze aan de andere kant van de Muur veilig naar boven kwam, was het verschonen van haar dochtertje, met een gebreid vest dat ze leende van één van de tunnelgravers. Het meisje had tijdens de ontsnapping nauwelijks een krimp gegeven. Voor haar lag een toekomst in vrijheid.
Televisie-verslag
In De tunnels vertelt de Amerikaanse journalist en schrijver Greg Mitchell (1947) het verhaal van deze ontsnapping en andere geslaagde en mislukte ondergrondse vluchten uit Oost-Berlijn. Daarbij besteedt hij ook aandacht aan de verslaggeving van NBC van het tunnelproject van de Bernauergroep. “Ik heb een tunnel”, zo citeert hij Piers Anderton, de Berlijnse correspondent van NBC. De Amerikaan sprak deze woorden begin juni 1962 uit tegen zijn baas Reuven Frank in diens kantoor in New York. Na een eerdere tunnelontsnapping, op 27 maart, die verraden was door een Stasi-informant en waarbij een West-Berlijnse helper gedood was door kogels van de Oost-Duitse veiligheidsdienst, wilde Anderton, gestimuleerd door zijn chef, op de televisie verslag doen van een nieuwe ondergrondse vluchtpoging. Al langere tijd was hij op zoek geweest naar een tunnelproject en eind mei 1962 kwam hij in contact met de drie leiders van de Bernauergroep, de Italianen Domenico Sesta en Luigi Spina en de Duitser Wolfhardt Schroedter.
Hun tunnel was al twintig meter gevorderd en had de Muur bijna bereikt. Tegen betaling waren ze graag bereid om NBC de exclusieve rechten te verlenen om hun project van begin tot eind te filmen en daarna op tv te vertonen. Het geld konden ze goed gebruiken voor het aanschaffen van materiaal, want op dat moment was de tunnel nog primitief en niet voorzien van alle technische gemakken.
Mitchell beschrijft dat behalve Anderton ook Daniel Schorr van de concurrerende televisiezender CBS korte tijd later ook een tunnel vond. Dit project werd aangevoerd door de voormalige profwielrenner Harry Seidel, die ook verantwoordelijk was geweest voor de ontsnapping van 27 maart. Schorr had echter de pech dat zijn baas, Blair Clark, een goede vriend was van president John F. Kennedy. Op het kantoor van Dean Rusk, Kennedy’s minister van Buitenlandse Zaken, in Washington had de onderdirecteur van CBS vernomen dat de regering Kennedy een reportage van een tunnelontsnapping niet zag zitten. Dat gaf Clark telefonisch door aan zijn correspondent in Berlijn met als argumentatie dat het
“als een provocatie zou kunnen worden uitgelegd en tot grote problemen zou kunnen leiden, en Buitenlandse Zaken wil geen onnodige problemen bij de Muur.”
Schorr was woedend, maar kon dit dienstbevel niet negeren en moest zijn plan opgeven. Seidels tunnelproject, dat volgens Mitchell amateuristisch was georganiseerd, werd opnieuw verraden. Bij weer een nieuwe ontsnappingsoperatie via een tunnel werd hij gearresteerd door de Stasi en tijdens een showproces tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld.
Protesten
Journalistieke ethiek
De televisiedocumentaire van NBC over de ontsnapping, samengesteld uit 4.000 meter film, zou er desondanks komen, hoewel deze pas uitgezonden werd nadat de Cubacrisis in oktober 1962 tot een vredig einde was gekomen. 17 miljoen Amerikaanse televisiekijkers keken naar de “realityshow” die president Kennedy eigenlijk niet uitgezonden wilde hebben. De meeste reacties waren lovend en The Tunnel werd in 1963 onderscheiden met drie Emmy’s. Filmmaker Anderton bleef echter verbolgen over de pogingen van de Amerikaanse overheid om zijn project te dwarsbomen. Zijn Emmy gooide hij uiteindelijk bij het grof vuil. Kritiek was er in de VS ook op de financiering van het tunnelproject door NBC. Er werden twijfels uitgesproken of met zulke “avontuurlijke journalistiek” (tegenwoordig zouden we spreken van participerende journalistiek) de journalistieke ethiek niet geschonden werd. Een commentator van The New York Times vond het “totaal onverantwoordelijk” dat NBC het tunnelproject had “gesubsidieerd”. “Dat er uiteindelijk geen ernstige consequenties uit zijn voortgevloeid doet niet ter zake.” De Koude Oorlog mocht geen “showbizzspeeltje” worden, concludeerde hij giftig.